Uit het nadere memorie van antwoord van minister Opstelten aan de Eerste Kamer blijkt wederom dat hij vertrouwen heeft in de acceptatie van de flexibilisering van het bv-recht door de praktijk. Hij benadrukt daarbij het vrijblijvende karakter van het wetsvoorstel en lijkt zo de inwerkingtreding per 1 juli groen licht te geven.
‘Het wetsvoorstel faciliteit voornamelijk en verplicht tot weinig,’ aldus Opstelten. 'Wie niets wil wijzigen behoeft niets te wijzigen en kan rustig bezinnen op het wetsvoorstel om te bezien of er voor de eigen vennootschap iets in zit waarvan in de toekomst gebruik gemaakt kan worden.' De minister wijst er nogmaals op dat de concrete datum van inwerkingtreding mede afhankelijk zal zijn van de behandeling in de Eerste Kamer. Meer hierover wordt op 5 juni duidelijk, wanneer het wetsvoostel door de Eerste Kamercommissie wordt behandeld.
Fiscale transparantie
Leden van de VVD-fractie vroegen de regering om te kijken naar de mogelijkheden om naast het bv-recht ook de fiscale aspecten te flexibiliseren. Hierbij gaat het om de mogelijkheid van een optionele fiscale transparantie voor bepaalde vennootschapsbelastingplichtige lichamen. Dit zou ingrijpende gevolgen hebben op het gebied van de inhoudingsplicht voor sociale verzekeringen van het lichaam en het pensioen in eigen beheer dat een dga kan hebben opgebouwd. Een ander probleem is de vermogensetikettering in de inkomstenbelasting. Met het oog op deze ingrijpende gevolgen heeft het kabinet ervoor gekozen eerst te kijken hoe de nieuwe bv in de praktijk uitwerkt, voordat er over wordt gegaan tot fiscale wijzigingen.
Meer informatie: Nadere memorie van antwoord
Geef een reactie