De foutenleer voorkomt dat een stuk bedrijfswinst onbelast blijft of juist dubbel wordt belast. Afschrijvingsfouten kunnen worden gecorrigeerd, maar ook afschrijvingen die onterecht in mindering op de winst zijn gebracht kunnen met de foutenleer worden hersteld. De Hoge Raad gaat in op het nadeel of voordeel dat de ondernemer lijdt door herstel van de fout.
Soms rekent een ondernemer ontecht een vermogensbestanddeel tot zijn ondernemingsvermogen. Op basis van de foutenleer moet hij dit vermogensbestanddeel dan in het oudste openstaande jaar overbrengen naar zijn privévermogen. Omdat hij dit tegen kostprijs doet corrigeert hij hiermee de onterechte afschrijvingen, die het gevolg waren van de onterechte activering op de balans. Als het herstel van de fout nadelige gevolgen heeft voor de ondernemer, heeft hij recht op een redelijke tegemoetkoming van de Belastingdienst. Andersom mag de Belastingdienst niet alsnog belastingheffing heffen als de ondernemer voordeel heeft gehad door het herstel. Bij de beoordeling van de vraag of de ondernemer nadeel of voordeel heeft gehad, mag de fiscus naast de nadelige gevolgen ook rekening houden met de voordelen van de onjuiste vermogensetikettering. Denk aan een lager vermogen in box 3 en het besparen van heffingsrente.
Meer informatie: Hoge Raad, 23 december 2011, LJN: BR6326
Geef een reactie