Als aandeelhouder cliënten zoekt voor zijn bv en die bv steeds de contractpartij is, zal de aandeelhouder in principe geen IB-ondernemer zijn.
Een man die zijn beroep aanduidde als rentmeester had op 27 december 2011 bij de Kamer van Koophandel opgegeven dat hij een eenmanszaak dreef. In 2012 verkreeg de man letteraandelen in een bv. Met deze bv kwam hij overeen om zijn beheerscontracten, die hij zelf moest verwerven, over te dragen aan de bv. De andere letteraandeelhouders in de bv hadden ook zo’n verplichting. De man moest wel zijn beheerswerkzaamheden blijven verrichten. De omzet ging naar de bv toe, maar elke aandeelhouder kreeg na betaling door de opdrachtgever via de bv 85% van de omzet. De resterende 15% van de omzet was bestemd voor de bv voor overhead en het dekken van de gezamenlijke kosten. De man stelde dat hij de werkzaamheden voor de bv verrichtte als zelfstandig ondernemer. Rechtbank Noord-Nederland bevestigde het standpunt van de man. Zie ook NTFR 2021/1336 en ‘Namens bv verrichte werkzaamheden winst uit onderneming’.
Te weinig ondernemersrisico
De Belastingdienst laat het daarbij niet zitten en gaat in hoger beroep. Hof Arnhem-Leeuwarden constateert dat de man zijn beheerportefeuille (materieel) heeft ingebracht in de bv. Afgezien van een bedrag van € 325 vloeit de omzet van de man in het desbetreffende jaar voort uit opdrachten waarbij de bv de contractspartij met de opdrachtgever is. De factuur staat ook op naam van de bv en de bv ontvangt de gefactureerde bedragen. Het hof bepaalt dat de man de werkzaamheden heeft verricht voor rekening en risico van de bv. De man maakt evenmin aannemelijk dat hij voldoende ondernemersrisico loopt. Daarom oordeelt het hof dat de man geen IB-ondernemer is. In plaats daarvan is sprake van resultaat uit overige werkzaamheden. En dat nog alleen omdat de inspecteur dat standpunt heeft ingenomen om tot een vergelijk te komen. Anders was sprake van loon uit (fictieve) dienstbetrekking.
Wet: art. 3.4, 3.5 en art. 3.90 Wet IB 2001
Geef een reactie