Bij inkeer in 2010 voor meer dan twee jaar oude aangiften kreeg een dame een boete van 15% opgelegd. Volgens de rechtbank was dit terecht.
Vóór 1 januari 2010 kon worden ingekeerd zonder riskering van een vergrijpboete. Vanaf 2010 wordt in bepaalde gevallen wel een boete opgelegd bij inkeer. Een boete kan nu alleen nog worden voorkomen als inkeer plaatsvindt binnen twee jaar nadat de onjuiste aangifte is gedaan of aangifte had moeten zijn gedaan.
Wanneer in 2010 vrijwillig de juiste gegevens worden verstrekt voor onjuiste aangiften die meer dan twee jaar geleden zijn gedaan, kan terecht een boete worden opgelegd. Dit oordeelde Rechtbank Haarlem in een zaak die een dame had aangespannen nadat zij bij inkeer een boete van 15% had gekregen. Haar beroep op onder andere het gelijkheidsbeginsel en strijd met het legaliteitsbeginsel mocht niet baten. De straf bij inkeer op basis van de aangescherpte inkeerregeling was geen verzwaring ten opzichte van de straf die gold op het moment van het beboetbare feit. Dat het boetebeleid was toegepast dat gold op het moment van de inkeer was dus juist. Ook de hoogte van de boete was volgens de rechtbank passend en geboden.
Wet: artikel 67n AWR (tekst tot 2 juli 2009), artikel 67n AWR (tekst sinds 2 juli 2009), §7 lid 2 BBBB (tekst besluit 24 december 2009), artikel 7 lid 1 EVRM, artikel 15 lid 1 IVBPR
Meer informatie: Rechtbank Haarlem, 6 december 2012 (gepubliceerd op 28 januari 2013), LJN: BY9735
Geef een reactie