Als een bedrijf een weiland gebruikt voor weidebouw en bedrijfsmatig exploiteert, kan dit weiland vallen onder de cultuurgrondvrijstelling. Het weiland telt dan niet mee bij de berekening van de WOZ-waarde, wat weer leidt tot lagere gemeentelijke belastingen.
Ter toelichting van het bovenstaande komt de volgende zaak voor Rechtbank Utrecht aan bod. Het betrof een man die een onroerende zaak bezat die onder andere een woning, een schuur, paardenboxen en een weiland omvatte. De gemeente had de waarde van het weiland inbegrepen in de WOZ-waarde van de totale onroerende zaak. De man meende dat het weiland onder de cultuurgrondvrijstelling viel en dus buiten de berekening van de WOZ-waarde moest blijven. De rechtbank was het met hem eens. De cultuurgrondvrijstelling is namelijk onder andere van toepassing op cultuurgrond die ten behoeve van landbouw bedrijfsmatig wordt geëxploiteerd. In dit geval gebruikte de man zijn weiland voor ruwvoerwinning, beweiding en uitloop van de twaalf tot twintig paarden van zijn paardenbedrijf. Dit gebruik kwalificeerde als weidebouw, een vorm van landbouw. Daarnaast concludeerde de rechtbank dat het hier ging om een allround paardenbedrijf, waarin de man en zijn partner genoeg samenhangende werkzaamheden verrichtten. Omdat de man en zijn partner bovendien naar winst streefden en een redelijke verwachting hadden winst te behalen, was ook sprake van bedrijfsmatige exploitatie. Daarmee was voldaan aan de voorwaarden van de cultuurgrondvrijstelling.
Wet: artikel 7:312 BW
Regeling: artikel 2, eerste lid, onderdeel a en tweede lid Uitvoeringsregeling uitgezonderde objecten wet WOZ
Meer informatie: Rechtbank Utrecht, 26 april 2013 (gepubliceerd 1 mei 2013), LJN: BZ8155
Geef een reactie