Een onderneming (eenmanszaak) zonder belastingheffing inbrengen in een besloten vennootschap, daar komt veel bij kijken. Een goede planning is dan ook zeer essentieel. Zo kan bijvoorbeeld het behalen van een incidenteel fiscaal voordeel in de weg staan van een geruisloze omzetting met terugwerkende kracht.
Het kan vooral vanwege risicospreiding gunstig zijn om een onderneming te gaan drijven via een besloten vennootschap in plaats van via een eenmanszaak. Tot 1 oktober 2012 moest men bij het oprichten van een besloten vennootschap rekening houden met onder meer het verplichte minimaal aandelenkapitaal van € 18.000. Maar dankzij de invoering van de flex-bv kan een bv al worden opgericht met maar één geplaatst aandeel van € 0,01. De wet vereist namelijk dat er ten minste één aandeel met stemrecht moet zijn. Dat aandeel mag echter niet door de bv zelf worden gehouden. Daarnaast is ook geen bank- en accountantsverklaring meer nodig. Al zal de notaris bij inbreng in geld vaak toch controleren of storting heeft plaatsgevonden. En als goederen bij of na oprichting van de bv worden ingebracht, kan ook de accountantsverklaring achterwege blijven. Maar let op, er is een aantal nieuwe regels hiervoor in de plaats gekomen (zie het bericht ‘De Flex-BV – Voordelen, maar ook nadelen!’.
Omzetting met terugwerkende kracht
Men kan desgewenst ook verzoeken om een omzetting met terugwerkende kracht met ingang van de eerste dag van het boekjaar dat volgt op het laatste volledige boekjaar. Maar dan moet de voorovereenkomst gesloten en geregistreerd zijn binnen negen maanden na het laatste volledige boekjaar van de onderneming. Deze terugwerkende kracht wordt echter niet verleend als dat tot gevolg zou hebben dat een incidenteel fiscaal voordeel wordt behaald. Hof Arnhem-Leeuwarden heeft dit onlangs benadrukt. In deze zaak zou door de terugwerkende kracht een eenmalige bate worden behaald die niet naar het IB-tarief van hoogstens 52% zou worden belast, maar naar een Vpb-tarief van 25% in combinatie met een uitgesteld ab-tarief van 25%. Dat de ondernemer in kwestie ook andere motieven had voor de omzetting en de terugwerkende kracht, maakte het oordeel niet anders.
Belastingvrije inbreng
De onderneming wordt bij een geruisloze inbreng fiscaal gezien niet gestaakt. Dus men hoeft niet af te rekenen over stille reserves, met uitzondering van de stille reserves in onttrokken vermogensbestanddelen. Wel zal de bv voor het bepalen van de winst in de plaats moeten treden van de ingebrachte onderneming. Dat betekent dat de bv de boekwaarden moet aanhouden die voorkwamen op de eindbalans van de eenmanszaak. Naast het vereiste dat de hele onderneming moet worden ingebracht geldt ook dat de aandelen die als tegenprestatie zijn ontvangen pas na drie jaar mogen worden vervreemd.
Fiscale oudedagsreserve
Het is helaas niet mogelijk om de fiscale oudedagsreserve geruisloos in te brengen in een bv. Er bestaat wel een manier om de belastingheffing over de opgeheven oudedagsreserve uit te stellen. Men zou bijvoorbeeld al bij de inbreng van de onderneming een lijfrente kunnen bedingen bij een professionele verzekeraar of de eigen bv. De bv kan onder bepaalde voorwaarden de verschuldigde pensioenpremies in eigen beheer beleggen. Het voordeel hiervan is dat de gereserveerde premie voor de vennootschapsbelasting aftrekbaar is, zonder dat men de ingelegde premie kwijt is. Maar let op, de oudedagsvoorziening loopt dan wel meer risico. Want bij een faillissement wordt namelijk ook het opgebouwde pensioen hierin meegetrokken.
Overige belastingen
De omzetting brengt uiteraard ook een verandering van rechtsvorm teweeg. Dit heeft onder meer gevolgen voor de loonheffingen. De ondernemer zal de loonadministratie moeten afsluiten en zich opnieuw aanmelden bij de Belastingdienst als werkgever. Daarnaast krijgt de onderneming ook een nieuw loonheffingennummer. In de meeste gevallen zullen ook onroerende zaken tot het ondernemingsvermogen behoren. Maar in beginsel hoeft men geen overdrachtsbelasting te betalen over de waarde van deze zaken. Dat gebeurt alleen als de aandelen binnen drie jaar na omzetting alsnog worden verkocht of de onderneming niet gedurende drie jaar wordt voortgezet. Verkoop van de aandelen of de onderneming in het kader van een fusie of reorganisatie is overigens wel toegestaan (zie ‘Fusie en splitsing onder het nieuwe bv-recht’). Voor de btw vormt de overgang van een onderneming geen belastbaar feit. Dus is ook geen btw verschuldigd.
Meer informatie: Hof Arnhem-Leeuwaarden 4-02-2014, ECLI:NL:GHARL:2014:871
Geef een reactie