Een goeddoelstichting kan met terugwerkende kracht als anbi worden aangemerkt, ook als zij op dat moment nog geen geld heeft om haar doelstellingen waar te maken.
In een uitspraak van Hof Den Bosch ging het om een goeddoelstichting die in 2003 was opgericht. De stichting had als doelstelling het financieren van andere goeddoelstichtingen. Vanaf het moment van haar oprichting had de stichting geen vermogen. Op 31 oktober 2008 overleed de moeder van de oprichtster van de stichting. Zij liet aan de stichting een legaat van € 500.000 na. In haar testament bepaalde zij dat de stichting dit legaat pas kon opeisen zes maanden na het overlijden van haar echtgenoot. Op 9 december 2009 maakte de echtgenoot € 10.000 als ‘vooruitbetaling’ aan de stichting over. De stichting deed met een deel van dit geld in 2010 giften aan andere goeddoelstichtingen.
Terugwerkende kracht
In 2009 diende de stichting een verzoek in om met ingang van 31 oktober 2008 als algemeen nut beogende instelling (anbi) te worden aangemerkt. De inspecteur was van mening dat de stichting niet met ingang van 31 oktober 2008 als anbi kon worden aangemerkt omdat de stichting op dat moment geen vermogen had om haar doelstellingen waar te maken. Het hof was het niet met de inspecteur eens. Als reden noemt het hof dat de echtgenoot al 77 jaar was toen de stichting het legaat kreeg dat pas opeisbaar was bij zijn overlijden. Daarnaast had de echtgenoot in 2009 € 10.000 aan de stichting overgemaakt . De stichting had dit geld vrij kort daarna al voor een deel besteed. Volgens het hof was het dus wel zo dat de stichting al vanaf 31 oktober 2008 geacht kon worden om binnen afzienbare tijd haar vermogen overeenkomstig haar doelstelling aan te wenden. Alleen als sprake zou zijn geweest van misbruik van omstandigheden zou het hof geen terugwerkende kracht hebben toegekend, maar dit was niet het geval. Het hof merkte de stichting met ingang van 31 oktober 2008 aan als anbi. Hierdoor kon de stichting een beroep doen op de vrijstelling in de Successiewet en verkreeg zij het legaat van € 500.000 zonder heffing van erfbelasting.
Artikel 6.33 lid 1 sub b IB 2001, artikel 32 lid 1 sub 3 SW 1956
Meer informatie: Hof Den Bosch, 13 januari 2012 (gepubliceerd 12 maart 2012), LJN: BV 8496
Geef een reactie