Minister Grapperhaus werkt aan een wetsvoorstel, waardoor het mogelijk wordt om crimineel geld en zaken afkomstig van een misdrijf af te pakken zonder voorafgaande veroordeling voor een strafbaar feit.
Het maakt niet uit op wiens naam het object staat, of dat de eigenaar onbekend is. Voor confiscatie door de overheid is alleen van belang dat het Openbaar Ministerie bij de rechter aannemelijk kan maken dat het afkomstig is van een misdrijf.
Snellere interventie
Op dit moment wordt een wetsvoorstel voor de NCBC-procedure uitgewerkt. Volgens de huidige Plukze-wetgeving is het niet mogelijk zonder een veroordeling voor een strafbaar feit crimineel vermogen af te pakken. Met de NCBC-procedure kan dat wel en zorgt daarmee voor een snellere interventie om objecten met criminele herkomst uit de markt te halen. De kracht van de nieuwe methode schuilt in het omdraaien van de huidige werkwijze: niet de persoon, maar het object staat centraal in het afpakken.
Vanwege de inbreuk op het eigendomsrecht is de confiscatie alleen mogelijk na een onherroepelijke rechterlijke beslissing. Daarvoor moet de overheid aannemelijk maken dat het voorwerp in verband staat met strafbare feiten. Als er personen zijn die aanspraak maken op het in beslag genomen voorwerp, wordt verwacht dat ze kunnen verklaren dat de herkomst uit legale bron afkomstig is. Ook worden de nodige rechtswaarborgen opgenomen, waaronder bijvoorbeeld het recht op bijstand van een advocaat en de mogelijkheid tot het instellen van rechtsmiddelen tegen de rechterlijke beslissing. Hierbij wordt ook betrokken de mogelijkheid van vergoeding van schade als sprake is van onrechtmatige confiscatie.
Het streven is om dit voorjaar een wetsvoorstel voor de NCBC-procedure gereed te hebben voor consultatie.
Meer informatie: Ministerie van Justitie en Veiligheid, 20 november 2020
Geef een reactie