Als de verwerving van een bedrijfsmiddel deel uitmaakt van een samenstel van rechtshandelingen dat bedoeld is om het uiteindelijke belang in de vennootschap te wijzigen, moet de gevormde herinvesteringsreserve in de winst vrijvallen. Om de omzeiling van deze antimisbruikbepaling tegen te houden stelt de staatssecretaris van Financiën voor om de huidige regels al vanaf 2013 aan te scherpen.
In de tweede nota bij het Belastingplan 2013 komt de staatssecretaris met onder andere een aantal voorstellen om de handel in herinvesteringslichamen (hir-lichamen) tegen te gaan. Het gaat hierbij om lege of vrijwel lege vennootschappen die nauwelijks nog vermogensbestanddelen hebben en waarvan de onderneming is gestaakt, maar die nog wel een hir hebben. Deze hir-lichamen proberen deze hir dan te verkopen aan vennootschappen die deze wel kunnen gebruiken. Zie in dit kader het bericht ‘Onderbouw het vervangingsvoornemen voor de HIR’ (fiscaal-nieuws/nieuws/verdieping/onderbouw-het-vervangingsvoornemen-voor-de-hir.4.13831.lynkx). In de vennootschapsbelasting is een antimisbruikbepaling opgenomen om dit te voorkomen.
Antimisbruikbepaling
Volgens de staatssecretaris worden er nog steeds op grote schaal structuren opgezet om deze bepaling te omzeilen. Een duidelijk voorbeeld hiervan is de verkrijging van een bedrijfsmiddel door het hir-lichaam gevolgd door een belangenwijziging. Bij een belangenwijziging van 30% of meer moet op grond van de huidige antimisbruikbepaling de hir bij de winst worden opgeteld. Maar dit is volgens de staatssecretaris nog niet voldoende. Daarom wordt met ingang van 1 januari 2013 bij een belangenwijziging die plaatsvindt binnen zes maanden nadat het bedrijfsmiddel is verworven, aangenomen dat er een verband is tussen de belangenwijziging en de verwerving van het bedrijfsmiddel. In dat geval wordt de hir die is afgeboekt op de verkrijgingsprijs van het bedrijfsmiddel aan de winst toegevoegd. Dit blijft alleen achterwege als de belastingplichtige kan aantonen dat tijdens de verwerving van het bedrijfsmiddel zij niet het voornemen had het belang te vervreemden (tegenbewijsregeling).
Wet: artikel 12a Vpb 1969
Meer informatie: ministerie van Financiën, 6 november 2012, 33.402 nr.15
Geef een reactie