Werknemers die uit het buitenland afkomstig zijn en in Nederland werken, komen onder voorwaarden in aanmerking voor de zogeheten 30%-regeling. Eén van de voorwaarden is dat de werknemer een specifieke deskundigheid heeft.
30%-regeling voor extraterritoriale kosten
De 30%-regeling biedt de mogelijkheid een werknemer een vergoeding te geven voor de extra kosten die een werknemer maakt in verband met zijn verblijf in Nederland of voor uitzending naar het buitenland. Als een werknemer vanuit het buitenland naar Nederland komt, kan de werkgever kiezen voor een vergoeding van de werkelijke kosten of voor een vaste onbelaste vergoeding van 30% van het loon inclusief de vergoeding.
Voorwaarden voor toepassing 30%-regeling
Voor een werknemer die naar Nederland komt, gelden voorwaarden waaraan moet worden voldaan om in aanmerking te komen voor de 30%-regeling, namelijk:
- Er is sprake van een dienstbetrekking tussen werkgever en werknemer.
- De werknemer beschikt over een specifieke deskundigheid die op de Nederlandse arbeidsmarkt niet of nauwelijks is te vinden.
- Werkgever en werknemer hebben gezamenlijk een verzoek ingediend om de 30%-regeling toe te passen en hebben hiervoor een beschikking ontvangen.
- De werknemer wordt aangeworven uit het buitenland en voldoet daarbij aan het 150 kilometercriterium (zie: 150 kilometercriterium in de 30%-regeling).
Specifieke schaarse deskundigheid
De werknemer dient over een specifieke deskundigheid te beschikken die schaars is op de Nederlandse arbeidsmarkt. Er is daardoor sprake van een dubbele eis.
Om vast te stellen of aan het schaarstecriterium is voldaan, is onder meer het niveau van de door de werknemer gevolgde opleiding relevant, evenals de voor de functie relevante werkervaring en het beloningsniveau van de functie in Nederland ten opzichte van het beloningsniveau in het land van herkomst. De Belastingdienst zal in principe aannemen dat er sprake is van schaarste als aan de in 2012 ingevoerde salarisnorm is voldaan. Dit kan anders zijn als bijvoorbeeld (bijna) iedereen die werkt in een specifieke beroepsgroep aan de salarisnorm voldoet. Dan is het van groot belang om op andere wijze aan te kunnen tonen dat er sprake is van schaarste op de Nederlandse arbeidsmarkt.
Salarisnorm
Om vast te stellen of bij aanvang van de tewerkstelling aan de specifieke deskundigheidseis is voldaan, is per 1 januari 2012 een salarisnorm geïntroduceerd. Een werknemer wordt geacht specifieke deskundigheid te bezitten als het fiscaal loon € 36.705 (€ 52.435 inclusief vergoeding; bedrag 2015; € 36.378 in 2014) bedraagt op jaarbasis.
Er zijn twee uitzonderingen op deze salarisnorm. Jonge mensen tot 30 jaar die een master hebben afgerond, voldoen al aan de eis van specifieke deskundigheid bij een fiscaal loon van € 27.901 (€ 39.858 inclusief vergoeding 30%-regeling; bedrag 2015). Voor werknemers die wetenschappelijk onderzoek doen aan universiteiten of bij van overheidswege gesubsidieerde onderzoeksinstellingen en voor artsen in opleiding geldt dat zij geheel zijn uitgezonderd van de salarisnorm. Voor hen geldt dat zij automatisch voldoen aan het criterium voor specifieke deskundigheid.
Voor de salarisnorm is het van belang dat het loon op jaarbasis daaraan voldoet. Een ‘deeltijdjaar’ moet worden herrekend naar een heel jaar. Dit is van belang als een ingekomen werknemer bijvoorbeeld in juli begint met werken in Nederland. Bij ingekomen werknemers die parttime werken wordt echter niet herrekend naar een jaarloon.
Opleiding en ervaring
Ten aanzien van de opleiding hanteert de Belastingdienst de vuistregel dat er ten minste sprake moet zijn van een opleiding vergelijkbaar met een Nederlandse hbo-opleiding. Ten aanzien van de benodigde ervaring wordt door de Belastingdienst een vuistregel van 2,5 jaar relevante werkervaring gehanteerd. Uit de jurisprudentie (Hof Den Haag 2008) blijkt echter dat deze vuistregel geen harde eis is. Voor een cum laude afgestuurde student Elektrotechniek met een brede, en daardoor schaars aanwezige, kennis van programmeertalen mocht de werkgever de 30%-regeling toepassen.
Herbeoordeling en driemaandeneis
Van een werknemer die nu aangeworven wordt vanuit het buitenland moet elk jaar opnieuw beoordeeld worden of hij aan de criteria voldoet. Zakt bijvoorbeeld het salaris onder de grens dan kan het zijn dat de toepassing van de 30%-regeling moet stoppen.
Als een werknemer start met een nieuwe baan moet hij met zijn nieuwe werkgever een nieuwe aanvraag indienen. In dat geval krijgt hij te maken met het driemaandencriterium. Indien hij niet binnen drie maanden een nieuwe arbeidsovereenkomst heeft vervalt het recht op toepassing van de 30%-regeling. De driemaandeneis strekt er immers toe aannemelijk te maken dat sprake is van specifieke deskundigheid, oordeelde Hof Arnhem-Leeuwarden dit jaar.
Geef een reactie