Hof Den Bosch heeft in een drietal BPM-zaken de belastingplichtigen een proceskostenvergoeding toegekend ook al werden de beroepen ongegrond verklaard. De inspecteur heeft, ondanks een waarschuwing van het hof, wederom verzuimd op tijd een verweerschrift in te dienen.
Hof Den Bosch constateerde in 2017 in een zaak die betrekking had op de heffing van BPM dat de inspecteur had verzuimd binnen de door het hof gestelde termijn een verweerschrift in te dienen. Ook nadat op dit verzuim werd gewezen, diende de inspecteur geen verweerschrift in. Pas na ontvangst van de uitnodiging voor de zitting diende de inspecteur een verweerschrift in. Het hof vond dat dit verzuim geen incidentele fout meer was maar dat dit structureel plaatsvond in zaken die betrekking hebben op de heffing van BPM. Volgens het hof was het handelen van de inspecteur in strijd met het bepaalde in artikel 8:42 Awb. Door het late indienen van het verweerschrift ontnam de inspecteur de belastingplichtige de mogelijkheid om een conclusie van repliek in te dienen en noodzaakte de belastingplichtige om op het allerlaatste moment nog nadere stukken in te dienen als reactie op het verweerschrift. Ook werden hierdoor de voorbereidingen door het hof verstoord. Daarmee belemmerde de inspecteur een efficiënte procesgang. Naar de mening van het hof miskende de inspecteur hiermee zijn positie als professionele procespartij, in het bijzonder nu hij optrad namens de overheid. Het hof gaf in de uitspraak de inspecteur een laatste waarschuwing. Als het in toekomstige zaken weer zou gebeuren, zouden aan het handelen van de inspecteur consequenties zijn verbonden, bijvoorbeeld door middel van het toekennen van een proceskostenvergoeding, ongeacht de uitkomst van het geschil.
Het hof heeft in een drietal zaken inzake de heffing van BPM die zijn uitgesproken op 5 april 2018 en waarin de inspecteur te laat was met het indienen van een verweerschrift, aan de belastingplichtige een proceskostenvergoeding toegekend van € 500, ongeacht de uitkomst van de zaak.
Wet: art. 8:42 Awb
Gerechtshof Den Bosch 5 april 2018 (gepubliceerd 25 mei 2018) ECLI:NL:GHSHE:2018:1499, ECLI:NL:GHSHE:2018:1496 en ECLI:NL:GHSHE:2018:1541
Gerechtshof Den Bosch 17 maart 2017 (gepubliceerd 12 mei 2017) ECLI:NL:GHSHE:2017:1074
Geef een reactie