De kunst is geschonken omdat het museum al een uitgebreide collectie van de betreffende kunstenaar heeft, en goed hiervoor zal zorgen. Er moet worden aangesloten bij de waarde in het economische verkeer.
Een voormalig museumdirecteur en tentoonstellingscurator verzamelt hedendaagse kunst. Hij schenkt een aantal werken aan een Amerikaans museum waarmee hij contact heeft. De schenking krijgt de vorm van een verkoop met periodieke kwijtschelding van de schuldig gebleven aankoopsom over een periode van vijf jaar. Een Amerikaans veilinghuis taxeert de kunstwerken op $ 3,6 mln, en de schenking is vastgelegd in een notariële akte. Het museum verzekert de werken voorafgaand aan de overdracht voor dezelfde waarde. De inspecteur bestrijdt de waarde van de kunstwerken omdat een ingeschakelde Nederlandse taxateur slechts tot een gezamenlijke waarde komt van € 950.000.
Periodieke gift in natura
Rechtbank Gelderland concludeert uit onder meer de correspondentie met het museum dat de kunst is geschonken omdat het museum al een uitgebreide collectie van de betreffende kunstenaar heeft, en goed hiervoor zal zorgen. Voor de hoogte van de schenking moet dan ook worden aangesloten bij de waarde in het economische verkeer. De verkoopsom in de akte is niet per definitie bruikbaar, en de man kan niet onderbouwen dat het museum onder normale omstandigheden $ 3,6 mln zou willen betalen. Ook de taxatieverslagen van het veilinghuis onderbouwen de gestelde waarde onvoldoende. De verzekerde waarde is niet van belang omdat de man die waarde zelf heeft opgegeven. Brieven van het museum zeggen alleen iets over de relevantie van de kunstenaar, niet de waarde. De inspecteur maakt ook de door hem gestelde waarde niet aannemelijk. Zijn taxateur ging ten onrechte niet uit van de hoogst haalbare verkoopprijs, en het taxatierapport is onvoldoende onderbouwd. Het blijft bijvoorbeeld onduidelijk in hoeverre de aangehaalde referentieobjecten bruikbaar zijn, en hoe uiteindelijk tot de gestelde waarde is gekomen. De rechtbank stelt de waarde van de kunstwerken op verzoek van de man in goede justitie op € 2 mln vast, de inspecteur heeft geen voorkeur geuit.
Wet: art. 6.2, 6.34, en 6.38 Wet IB 2001
Basiscursus Estate Planning
In deze basiscursus worden alle relevante aspecten van de estate planning (schenking, huwelijkse voorwaarden, testament, internationaal, levensverzekeringen) vanuit zowel een civielrechtelijk als fiscaal perspectief behandeld. De cursus biedt de mogelijkheid om kennis te maken met het ‘denken’ als estate planner, en is een uitstekende voorbereiding op de Specialisatieopleiding Estate planning.
Geef een reactie