Het kabinet werkt aan het afbouwen van fiscale regelingen die impact hebben op het fossiele energiegebruik. Staatssecretaris Van Rij en minister Jetten geven antwoord op vragen over het afbouwpad van fossiele subsidies.
De vrijstellingen voor mineralogische en metallurgische procedés worden afgeschaft. De bestaande inputvrijstelling op aardgasverbruik voor installaties van warmtekrachtkoppeling wordt beperkt, en het verlaagde tarief in de energiebelasting op aardgas voor de sector glastuinbouw wordt afgeschaft.
Andere regelingen komen ten dele voort uit internationale verdragen en kunnen door Nederland niet eenzijdig worden beëindigd. Daarnaast zet het kabinet in op het afschaffen op Europees niveau van uitzonderingen die voortkomen uit de Richtlijn Energiebelastingen, waardoor het gelijke speelveld voor Nederlandse bedrijven ten opzichte van hun Europese concurrenten kan worden bestendigd en geen koolstoflekkage optreedt.
Plan van aanpak in voorjaar 2023
Het kabinet heeft verder toegezegd om dit voorjaar te komen met een plan van aanpak voor meer transparantie over de fossiele subsidies. Daarbij zal ook aandacht zijn voor het meer in detail per maatregel toelichten wat de redenen zijn dat regelingen (nog) niet zijn afgeschaft. Daarbij is onder meer relevant dat sommige regelingen zien op het voorkomen van dubbele belasting en kan ook de samenhang met andere beprijzingsinstrumenten een rol spelen. In het plan van aanpak zal ook worden ingegaan op de mogelijkheden voor afbouw van fossiele regelingen, mede in het licht van het aankomende voorjaarspakket klimaatmaatregelen.
Op de aanspraak van individuele bedrijven op vrijstellingen, subsidies en andere voordelen, voor zover bekend, kan de staatssecretaris uit hoofde van vertrouwelijkheid niet ingaan.
In Antwoord op Kamervragen over fossiele subsidies geeft de staatssecretaris aan dat hij de mening deelt dat het bij de discussie over fossiele subsidies relevant is om ook te kijken naar de mate waarin externe kosten van klimaatverandering worden beprijsd. Het beprijzen van CO2-uitstoot is van belang omdat daarmee zowel de producent als de koper van een product rekening houdt met de klimaatkosten van het product voor de maatschappij. Inzicht in de beprijzing van externe kosten geeft op zichzelf een completer beeld dan een geïsoleerde blik op aparte fiscale en niet-fiscale regelingen.
Geef een reactie