Heeft iemand in het verleden een schenking ontvangen? En is hij nog in leven en leven de schenkers nog? Dan kan de inspecteur de aanslag schenkbelasting rechtsgeldig opleggen, ook al zit tussen het tijdstip van de verkrijging en de dagtekening van de aanslag een periode van meer dan 20 jaar.
De ouders van een vrouw meldden de Belastingdienst dat zij in het buitenland vermogen hadden opgebouwd en dit buitenlandse vermogen niet in de aangiften inkomstenbelasting over de afgelopen jaren hadden aangegeven. Per 30 oktober 2013 gaven zij aan gebruik te willen maken van de inkeerregeling. De vrouw zelf beschikte ook over buitenlandse tegoeden en ook zij keerde eind 2013 in. De vrouw deelde aan de Belastingdienst mede dat het tegoed op haar buitenlandse rekening in 1991 was ontstaan door verkoop van buitenlandse onroerende zaken. In de vaststellingsovereenkomst (VSO) is opgenomen: ‘de hoogte van de eerste stortingen is niet bekend. De gelden zijn afkomstig uit de verkoop door ouders van onroerend goed in 1991 in Nederland. Voor de inkomstenbelasting is dit niet relevant. Maar ik zal de inspecteur schenk- en erfbelasting hiervan op de hoogte stellen. Indien nodig, zal de inspecteur S&E contact met u/uw cliënt opnemen.’ In maart 2015 legde de inspecteur S&E de aanslag schenkbelasting op. In geschil is of de aanslag tijdig is opgelegd. Hof Den Haag oordeelt dat de schenking in 1991 is gedaan, daarvan geen aangifte is gedaan en zowel de schenker(s) als de begiftigde (de vrouw) nog in leven zijn. Volgens het hof staat vast dat de inspecteur de aanslag heeft opgelegd na het tijdstip van verkrijging en vóór het einde van de aanslagtermijn, ook al betreft dit een periode van 24 jaar! Dit volgt uit de wet en de parlementaire geschiedenis. Het hof verwerpt ook het standpunt van de vrouw dat de aanslag in strijd is met de VSO. In de VSO is niets opgenomen over een schenking. Tot slot worden ook de beroepen van de vrouw op het vertrouwensbeginsel en strijd met internationaal verdrags- of supranationaal verdragsrecht verworpen. Het hof handhaaft de aanslag schenkingsrecht (schenkbelasting) over 1991.
Wet: Art. 66 SW 1956, art. 11 en 16 AWR
Meer informatie: Hof Den Haag 27 maart 2018 (gepubliceerd op 19 april 2018), ECLI:NL:GHDHA:2018:797
Geef een reactie