Staatssecretaris Van Rij geeft antwoord op Kamervragen over de ANBI-status van een moskee. De vragen zijn onder meer gesteld over de uitspraak van de rechtbank Den Haag van 8 augustus 2023 inzake het onterecht intrekken van de ANBI-status van een moskee.
De rechtbank concludeert dat de Belastingdienst onvoldoende heeft aangedragen om te kunnen concluderen dat de islamitische achtergrond van de betrokken stichting geen rol heeft gespeeld bij de risicoselectie voor een boekenonderzoek. De Belastingdienst heeft pro-forma hoger beroep ingesteld tegen deze uitspraak van de rechtbank, daarom kan Van Rij nu niet ingaan op deze constatering.
Een aantal vragen heeft betrekking op de rol en werkwijze van het Combiteam Aanpak Facilitators (CAF) binnen de Belastingdienst. KPMG is op dit moment bezig met het tweede deel van het onderzoek waarin KPMG aan de hand van een door KPMG te ontwikkelen toetsingskader de CAF-dossiers zal toetsen. Van Rij verwacht het tweede deel van het onderzoek aan het eind van dit jaar met de Kamer te delen.
In de evaluatie uitvoering giftenaftrek kwam naar voren dat uit de praktijk bleek dat de giftenaftrek toen een fraudegevoelige regeling was. Facilitators voerden voor grote groepen belastingplichtigen bewust verkeerde giften op in de aangifte inkomstenbelasting. Er was sprake van grootschalige fraude en de regeling was gevoelig voor constructies. Ook ANBI’s konden deel uitmaken van een constructie. De Belastingdienst had daarom in het toezichtsproces nadrukkelijk aandacht voor de giftenaftrek in aangiften IH en de daarmee samenhangende risico’s voor de juistheid van aangiften.
Rapport Onderzoek query’s aan de Poort
Het rapport Onderzoek query’s aan de Poort van PwC van maart 2022 beschrijft dat in de handleiding bij de giftenquery is opgenomen dat giften met in het tekstveld ‘moskeeën’ of ‘moskee als periodieke gift’ als risico op fraude moeten worden aangemerkt. PwC verwijst hierbij naar een korte opsomming in de handleidingen. Deze opsomming bevatte een aanduiding van de in de giftenaftrek opgevoerde soorten uitgaven die als risico beschouwd werden, waaronder (periodieke) giften aan moskeeën. Van Rij vindt het belangrijk om te benadrukken dat het ging om ‘giften aan’. Moskeeën als zodanig werden niet aangemerkt als risico op fraude. Overigens heeft PwC daarbij niet kunnen reconstrueren in hoeverre de beschrijvingen in de handleidingen in de praktijk zijn toegepast.
Van Rij schreef eerder dat hij de bevindingen van PwC ernstig vindt. Dit had niet mogen gebeuren en mag in de toekomst niet meer gebeuren. De Belastingdienst heeft diverse maatregelen genomen, zoals het instrueren van medewerkers ten aanzien van het gebruik van objectief gerechtvaardigde criteria en de documentatie daarvan bij de selectieprocessen en een waarborgkader voor risicoselectie dat is opgesteld.
Overleggen stukken Belastingdienst
Artikel 8:42 van de Awb schrijft voor dat bestuursorganen alle op de zaak betrekking hebbende stukken dienen te overleggen indien de gronden van het beroep bij hen bekend zijn. Dit is ook de werkwijze van de Belastingdienst. Het kan voorkomen dat er in bepaalde gevallen discussie ontstaat over de reikwijdte en invulling van deze wettelijke verplichting, alsook of een beroep op (beperkte) geheimhouding gerechtvaardigd is. In die gevallen zal de rechter een oordeel vellen. Het komt ook voor dat bepaalde stukken zijn zoekgeraakt of niet tijdig overgelegd kunnen worden. Gelet op de hoeveelheid procedures die er jaarlijks worden gevoerd en de hoeveelheid informatie(systemen) waar de Belastingdienst mee werkt, zijn deze incidenten nooit helemaal uit te sluiten. Van een structureel probleem is volgens de staatssecretaris geen sprake. Hij wacht het onderzoek van de Inspectie Belastingdienst, Douane en Toeslagen (IBTD) naar ‘informatieverstrekking aan de rechter door de Belastingdienst’ af om te bezien waar hij passende en gerichte verbeteracties kan doorvoeren.
Gevolgen vervallen ANBI-status
In artikel 5b, lid 7 AWR staat beschreven wanneer de ANBI-status komt te vervallen. Er is geen maximale termijn van terugwerkende kracht bepaald, wel zal het ANBI-team aannemelijk moeten kunnen maken dat over de gehele periode van terugwerkende kracht niet voldaan is aan één of meer criteria. Als de ANBI-status met terugwerkende kracht wordt ingetrokken, was er sprake van onterecht fiscaal voordeel in de betreffende periode. Daarom vindt Van Rij het rechtvaardig om de status in te trekken met terugwerkende kracht. Op grond van het vertrouwensbeginsel zijn betalingen die aan een instelling werden gedaan na het verlies van de ANBI-status aftrekbaar, zolang de ANBI-status in het ANBI-register van de Belastingdienst stond vermeld. Indien bij de controle van een aangifte blijkt dat een in aftrek opgevoerde gift gedaan is nadat de intrekking van de ANBI-status in het ANBI-register zichtbaar is geworden, zal de Belastingdienst giftenaftrek voor deze uitgave niet toestaan. Mocht een donateur te kwader trouw zijn geweest, dan bestaat tot vijf jaar na afloop van het belastingjaar de mogelijkheid dat een navorderingsaanslag wordt opgelegd.
Geef een reactie