De Kennisgroep auto heeft de vraag beantwoord hoe omgegaan dient te worden met de ambtshalve beoordeling van een verzoek om teruggave BPM in verband met extra leeftijdskorting, indien de aangifte BPM meer dan vijf jaar geleden is ingediend, maar de voertuigen minder dan vijf jaar geleden tenaamgesteld zijn of de BPM minder dan vijf jaar geleden betaald is.
Belanghebbende vraagt in februari 2023 ambtshalve teruggave van de BPM in verband met ‘extra leeftijdskorting’. In zijn verzoek gaat het om voertuigen waarvoor in het (kalender)jaar 2017 aangifte BPM is gedaan. Voor deze voertuigen geldt dat in een aantal gevallen in 2018 of recentere jaren de BPM is betaald en/of de voertuigen tenaamgesteld zijn.
De vraag is of belanghebbende bij een verzoek tot ambtshalve teruggaaf in 2023, voor voertuigen waarvoor in 2017 aangifte is gedaan maar betaling en/of tenaamstelling in 2018 (of recenter) is gebeurd, in aanmerking komt voor ambtshalve teruggaaf in verband met ‘extra leeftijdskorting’.
Dit is niet het geval want de belastingverschuldigdheid ontstaat op het moment van het indienen van de aangifte BPM (2017). Belanghebbende komt niet in aanmerking voor ambtshalve teruggaaf omdat het verzoek in 2023 buiten de vijfjaarstermijn is ingediend.
Geef een reactie