Rechtbank Haarlem heeft geoordeeld dat erfgenamen die in 2010 of in 2011 een woning hebben geërfd ook gebruik mogen maken van een keuzeregeling die pas in 2012 is ingevoerd. Hierdoor kunnen de erfgenamen voorkomen dat de Belastingdienst bij de berekening van de erfbelasting waardedalingen negeert.
Sinds 2010 berekent de fiscus de erfbelasting over een geërfde woning in beginsel over de WOZ-waarde van die woning in het kalenderjaar waarin de verkrijging plaatsvindt (stel 2012). De gemeente stelt de WOZ-waarde van een woning voor een kalenderjaar vast aan de hand van de waarde van de woning per 1 januari van het voorgaande kalenderjaar (in het voorbeeld dus 1 januari 2011). Deze berekeningswijze pakt nadelig uit voor de erfgenamen als de woning tussen de waardepeildatum en de dag waarop de erflater overlijdt in waarde daalt. Gezien de huidige crisis doet deze situatie zich tamelijk vaak voor. Daarom is in 2012 een keuzemogelijkheid ingevoerd. Hierdoor mogen erfgenamen kiezen om in plaats van de WOZ-waarde voor het kalenderjaar waarin de erflater is overleden de WOZ-waarde voor het volgende kalenderjaar te gebruiken (in het voorbeeld 2013) als grondslag voor de erfbelasting. Rechtbank Haarlem heeft geoordeeld dat deze keuzemogelijkheid ook moet openstaan voor erfgenamen die in 2010 of in 2011 een woning hebben geërfd, omdat zij anders onredelijk zwaar worden belast. Daarbij speelt volgens de rechtbank ook een rol dat de erfgenamen in zulke situaties vaak geen liquide middelen ontvangen waarmee zij de erfbelasting kunnen betalen.
Wet: artikel 21, vijfde lid Successiewet 1956 en artikel 18, tweede lid Wet WOZ
Meer informatie: Rechtbank Haarlem, 2 juli 2012 (gepubliceerd 9 juli 2012), LJN: BX0869
Geef een reactie