De Kennisgroep onroerende zaken heeft de vraag beantwoord hoe het eigenwoningforfait moet worden bepaald als een belastingplichtige zich niet gelijktijdig met de verhuizing inschrijft op het woonadres van de nieuwe woning in de basisregistratie personen.
Als een woning voor de belastingplichtige niet het gehele kalenderjaar een eigen woning is in de zin van artikel 3.111, eerste lid, van de Wet IB 2001 worden de voordelen uit eigen woning tijdsevenredig in aanmerking genomen. In artikel 3.112, zesde lid, Wet IB 2001 is geregeld dat voor de aanvangs- en einddatum van de voordelen uit eigen woning wordt uitgegaan van de datum van inschrijving op het woonadres in de basisregistratie personen. In de praktijk komen bij verhuizing naar een nieuwe eigen woning de volgende situaties voor als een belastingplichtige zich niet gelijktijdig met de feitelijke verhuisdatum inschrijft op het woonadres van de nieuwe woning:
- Een belastingplichtige schrijft zich in het kalenderjaar van verhuizing niet in op het nieuwe woonadres in de BRP.
- Een belastingplichtige schrijft zich in het kalenderjaar van verhuizing wel in op het nieuwe woonadres in de BRP, maar pas op een datum die aanzienlijk eerder of later is dan de feitelijke verhuisdatum.
Vragen
1. Wat is de eind- en aanvangsdatum van de periode waarover het eigenwoningforfait in aanmerking moet worden genomen voor situatie 1?
2. Wat is de eind- en aanvangsdatum van de periode waarover het eigenwoningforfait in aanmerking moet worden genomen voor situatie 2?
Antwoorden
1. De einddatum van het eigenwoningforfait voor de oude woning en de aanvangsdatum van het eigenwoningforfait voor de nieuwe woning is voor situatie 1 de datum waarop de oude woning géén eigen woning meer is op basis van artikel 3.111, eerste lid, Wet IB 2001 en de nieuwe woning een eigen woning is op basis van artikel 3.111, eerste lid, Wet IB 2001 (feitelijke verhuisdatum).
2. De einddatum van het eigenwoningforfait voor de oude woning en de aanvangsdatum van het eigenwoningforfait voor de nieuwe woning voor situatie 2 is afhankelijk van het tijdstip waarop de belastingplichtige zich in het jaar van verhuizing inschrijft op het nieuwe woonadres in de BRP. Hiervoor geldt het volgende.
Einddatum eigenwoningforfait oude woning
- Als de belastingplichtige zich vóór de feitelijke verhuisdatum inschrijft op het nieuwe woonadres in de BRP, is de einddatum de datum van inschrijving.
- Als de belastingplichtige zich ná de feitelijke verhuisdatum inschrijft op het nieuwe woonadres in de BRP, is de einddatum de datum waarop de oude woning géén eigen woning meer is op basis van artikel 3.111, eerste lid, Wet IB 2001.
Aanvangsdatum eigenwoningforfait nieuwe woning
- Als de belastingplichtige zich vóór de feitelijke verhuisdatum inschrijft op het nieuwe woonadres in de BRP, is de aanvangsdatum de datum waarop de nieuwe woning een eigen woning is op basis van artikel 3.111, eerste lid, Wet IB 2001.
- Als de belastingplichtige zich gelijktijdig met of ná de feitelijke verhuisdatum inschrijft op het nieuwe woonadres in de BRP, is de aanvangsdatum de datum van inschrijving.
Geef een reactie