De Kennisgroep winstbepaling heeft twee vragen beantwoord over het bepalen van de winst bij een Interest Rate Swap met een zogenoemde mandatory break clausule.
Vragen
- Is gedurende het bestaan van de swapcombinatie sprake van samenhang in de zin van het arrest van HR 8 november 2019, ECLI:NL:HR:2019:1721, indien direct bij ingangsdatum van de renteswap een mandatory break clausule is overeenkomen?
- Kan in het jaar vóór afkoop of doorzak op grond van goed koopmansgebruik een last worden genomen ter hoogte van de te verwachten negatieve marktwaarde van de renteswap op breakdatum? Zo ja, tot welk bedrag?
Antwoorden
- Ja, ook indien direct bij ingangsdatum van de renteswap een mandatory break clausule is overeenkomen, is sprake van een swapcombinatie (de renteswap en de daarmee samenhangende variabel rentende lening) in de zin van het arrest van 8 november 2019, ECLI:NL:HR:2019:1721. Zie ook KG:213:2023:3, waarin mutual break clausules gedurende de looptijd van de renteswaps werden vervangen door mandatory break clausules.
- Ja, in het jaar voor afkoop of doorzak kan op grond van goed koopmansgebruik een last worden genomen ter hoogte van de te verwachten negatieve marktwaarde van de renteswap op breakdatum. Derhalve voor het bedrag van de marktwaarde toerekenbaar aan de periode na de breakdatum: de breakwaarde. Bij een voorgenomen voortzetting door belanghebbende van de swapcombinatie tot de breakdatum, wordt het resultaat bepaald zoals bij een vastrentende lening (zie de in HR 8 november 2019, ECLI:NL:HR:2019:1721, opgenomen vergelijking met HR 23 januari 2004, ECLI:NL:HR:2004:AI0416). In het onderhavige geval waarin een mandatory break clausule is overeengekomen, vindt een verplichte beëindiging en financiële afwikkeling plaats op breakdatum met een verwachte last tot gevolg. De verplichte beëindiging als gevolg van de mandatory break clausule is een kenmerkend verschil met de vastrentende lening of swapcombinatie in de zin van het arrest van 8 november 2019, ECLI:NL:HR:2019:1721. Er is geen reden om, indien de marktwaarde die is toe te rekenen aan de mandatory break clausule negatief is, de in te toekomst naar verwachting te realiseren last niet te nemen. Er kan derhalve een last worden genomen; niet voor de volledige negatieve marktwaarde van de renteswap, maar voor de waarde die is toe te rekenen aan de periode vanaf de breakdatum tot aan de einddatum van de renteswap (breakwaarde). Deze marktwaarde is door belanghebbende te berekenen en aannemelijk te maken. Een pro rata berekening is in beginsel niet aanvaardbaar. Enerzijds omdat bij pro rata berekeningen van de contante waarde in het algemeen de berekende last, in vergelijking met de op het jaar betrekking hebbende last, te hoog zal zijn en anderzijds dit niet wordt gecompenseerd doordat (mogelijk) bij het bepalen van de marktwaarde toekomstige variabele rentetermijnen hoger zijn dan de termijn op basis van de huidige variabele rente.
Geef een reactie