De Kennisgroep winstfaciliteiten en firmaproblematiek heeft een standpunt gepubliceerd over de overdracht van een firma-aandeel door ouder aan kind waarbij het kind met terugwerkende kracht geruisloos de bv wenst in te gaan.
Ouder en kind zijn samen firmant in een vof. Het kind heeft op 20 september 2022 een intentieverklaring tot oprichting van een bv geregistreerd. In de intentieverklaring is opgenomen dat het kind voornemens is het ondernemingsvermogen van de ouder over te nemen naar de toestand van 1 januari 2022 en dat het voornemen bestaat zowel het eigen aandeel als het van de ouder overgenomen aandeel in de vof met terugwerkende kracht naar 1 januari 2022 in een bv in te brengen. De ouder draagt op 20 december 2022 het firma-aandeel naar de toestand per 1 januari 2022 over aan het kind. Het kind richt (tijdig) de bv op en wil met toepassing van artikel 3.65 van de Wet IB 2001 het gehele ondernemingsvermogen van de vof met terugwerkende kracht naar 1 januari 2022 inbrengen in deze bv.
Vragen
- Kan artikel 3.63 Wet IB 2001 worden toegepast ter zake van de overdracht van ouder aan kind?
- Zo nee, kan artikel 3.63 Wet IB 2001 wel worden toegepast als bij de omzetting op grond van artikel 3.65 Wet IB 2001 de overdracht van ouder aan kind feitelijk al per 1 januari 2022 heeft plaatsgevonden?
Antwoorden
- Nee, toepassing van artikel 3.63 Wet IB 2001 is niet mogelijk. Voor de toepassing van dit artikel is terugwerkende kracht uitgesloten.
- Ja, mits op het voor de toepassing van artikel 3.65 Wet IB 2001 beoogde overgangstijdstip de overdracht van ouder op kind al feitelijk heeft plaatsgevonden.
Geef een reactie