In het eerder gepubliceerde standpunt van de Kennisgroep loonheffing algemeen zijn per abuis onder de beschouwing, bij de bewijsregel, de voorwaarden niet opgenomen op grond waarvan een afwaardering volgens het schema kan plaatsvinden. Deze voorwaarden zijn nu toegevoegd.
Een in Nederland gevestigde vennootschap kent aan werknemers in het kader van hun dienstbetrekking ter beurze genoteerde aandelen om niet toe met een vervreemdingsverbod van twee jaar. De werkgever is verplicht loonheffingen in te houden en af te dragen over de aandelen op het genietingsmoment.
De vraag is wat de waarde is van de aandelen voor toepassing van de Wet LB 1964. Als de werknemer de aandelen gedurende een periode van twee jaar rechtens en feitelijk niet kan vervreemden en het hem ook niet is toegestaan de gevolgen van het vervreemdingsverbod geheel of gedeeltelijk te ontlopen (bijvoorbeeld met behulp van optiecontracten), kan de werkgever op grond van een bewijsregel een afwaardering van 10% op de beurskoers hanteren.
Geef een reactie