De Hoge Raad heeft voor het eerst geoordeeld in een btw-zaak dat ondernemers en rechtspersonen geen btw mogen aftrekken over transacties waarmee ze het btw-recht misbruiken.
Volgens de Hoge Raad zijn belastingplichtigen in beginsel vrij een handelswijze te kiezen die voor hen het meeste voordelig is. Maar een kunstmatige handelswijze zonder reëel belang behalve het ontgaan van belasting vormt misbruik van recht. De Hoge Raad benadrukte dat de fiscus de btw-aftrek mag weigeren bij iedere transactie die plaatsvindt in het kader van misbruik van recht. Daarbij is niet van belang welke partij het misbruik heeft gepleegd of wie het meest van dit misbruik heeft geprofiteerd. In de desbetreffende zaak was bijvoorbeeld een stichting, die een ziekenhuis beheerde, een cv aangegaan. De stichting gebruikte de cv om apparatuur in te kopen en aan de stichting te verhuren. In eerste instantie kon de cv de btw aftrekken. De fiscus stond de cv niet toe de btw op de apparatuur af te trekken. Volgens de inspecteur was hier sprake van misbruik van recht, ook bekend als fraus legis. De stichting had de hele aankoop opgezet, maar voor de belastingaftrek de koop op naam van de cv laten doen omdat zij zelf de btw niet kon aftrekken.
Meer informatie: Hoge Raad, 10 februari 2012, LJN: BQ4228
Geef een reactie