In een reactie op kamervragen over het intrekken van de btw-vrijstelling gaat de staatssecretaris in op de gevolgen hiervan voor steunstichtingen van sportverenigingen en wereldwinkels.
De kamerleden wilden weten wat de mogelijkheden waren om de gevolgen van het intrekken van de btw-vrijstelling voor steunstichtingen te beperken. Taxence heeft al eerder aandacht besteed aan het afschaffen van de btw- vrijstelling voor fondsenwerving. Daarbij was aangegeven dat voor steunstichtingen van sportverenigingen een overgangsregeling is getroffen waardoor de vrijstelling voor fondsenwerving tot 1 juli 2012 kan worden toegepast. Om de overgang van het vrijgestelde naar het belaste regime zonder last te laten verlopen is een praktische handelswijze overeengekomen voor het bepalen van de aftrek van voorbelasting op de voorraad. De staatssecretaris heeft daarbij nogmaals aangegeven dat alleen btw verschuldigd is als een steunstichting optreedt als ondernemer. Hij verwijst naar hiervoor naar de Hoge Raad die heeft beslist dat geen sprake is van ondernemerschap als een opgerichte stichting als eenmalige activiteit geld inzamelt. Fondsenwervende activiteiten die een sportvereniging zelf verricht blijven gewoon onder de fondsenwervingsvrijstelling vallen.
Wet: artikel 11 lid 1 v Wet op de omzetbelasting 1968
Meer informatie: Kamervragen over de intrekking van de btw-vrijstelling voor steunstichtingen van sportverenigingen en van wereldwinkels
Geef een reactie