Overstimulering is de primaire reden om de salderingsregeling af te bouwen. Minister Jetten geeft antwoord op vragen van de Eerste Kamer over het wetsvoorstel tot wijziging van de Elektriciteitswet 1998 en de Wet belastingen op milieugrondslag ter uitvoering van de afbouw van de salderingsregeling voor kleinverbruikers.
Het kabinet wil de salderingsregeling vanaf 2025 tot 2031 afbouwen. Via de salderingsregeling kunnen huishoudens en kleine bedrijven zelfgeproduceerde elektriciteit die zij op dat moment niet gebruiken en terugleveren aan het elektriciteitsnet, wegstrepen tegen hun eigen verbruik. Het vaste voordeel van de btw-vrijstelling bij aanschaf van zonnepanelen blijft in stand.
Terugverdientijd zonnepanelen
Volgens minister Jetten is er nu sprake van overstimulering; ook bij de voorgenomen afbouw van de salderingsregeling worden de terugverdientijden volgens TNO-onderzoek tot 2030 niet hoger dan zeven jaar. Dit is de primaire reden om de salderingsregeling af te bouwen. De terugverdientijd voor een investering in zonnepanelen lag in de afgelopen vijf jaar zelfs onder de zes jaar. Uit een eerder rapport van PwC blijkt dat huishoudens in de regel bereid zijn te investeren in zonnepanelen als de terugverdientijd maximaal negen jaar is. Investeren in zonnepanelen blijft interessant volgens de minister. Het afbouwen van de salderingsregeling is nodig om de energietransitie voor de burger niet duurder te laten uitpakken dan noodzakelijk is. De salderingsregeling kost namelijk zowel de overheid als energieleveranciers geld en die kosten worden doorberekend via de energierekening. Dat betekent dat mensen zonder zonnepanelen indirect betalen voor de mensen met zonnepanelen.
Terugleververgoeding
Bij de behandeling van het wetvoorstel in de Tweede Kamer is een amendement aangenomen over de terugleververgoeding. Hierdoor is in het wetsvoorstel opgenomen dat de ACM vanaf 2027 tweejaarlijks zal adviseren over de redelijke vergoeding, waarna de minister de minimale hoogte of wijze van berekening van de redelijke vergoeding vaststelt.
Tot 1 januari 2027 is geregeld dat het minimumtarief ten minste 80% van de kosten bedraagt die de leverancier is overeengekomen met de afnemer voor afname van elektriciteit, met uitzondering van de daarvoor te berekenen belastingen en heffingen. Bij algemene maatregel van bestuur kan een absoluut tarief worden vastgesteld. Als de minimumvergoeding van 80% hoger uitvalt dan dit absoluut tarief, dan geldt dit absoluut tarief als de minimum terugleververgoeding. De minister heeft besloten om op dit moment nog niet over te gaan tot uitwerking van een algemene maatregel van bestuur waarin een absoluut tarief wordt vastgesteld. De huidige situatie op de energiemarkt verschilt wezenlijk met die van een jaar geleden waarin er grote prijsschokken te zien waren. Wel vindt de minister het verstandig om de optie open te houden, mocht dat in de toekomst wel noodzakelijk geacht worden.
Bron: Nadere memorie van antwoord wetsvoorstel afbouw salderingsregeling, Ministerie EZK, 4 december 2023
Geef een reactie