In sommige bezwaarprocedures tegen een belastingaanslag besluiten de partijen om te wachten met de afronding van de procedure totdat de strafrechter uitspraak doet. Als de uitspraak van de strafrechter op zich laat wachten, kan de aanslag verjaren.
De Belastingdienst had een btw-ondernemer op 26 juni 2007 drie naheffingsaanslagen omzetbelasting over de jaren 2002, 2003 en 2004 opgelegd. De ondernemer ging op 1 augustus 2007 in bezwaar tegen de naheffingsaanslagen. Op dat moment liep een FIOD-onderzoek waarvan de uitkomst van belang was voor de bezwaarprocedure. Daarom besloot de fiscus de bezwaarprocedure aan te houden totdat de Officier van Justitie informatie zou vrijgeven. Op 30 augustus 2011 vroeg de man bovendien om uitstel voor het aanvullen van zijn motivering. Hij wilde eerst de uitkomst van een strafzaak afwachten. De Belastingdienst ging akkoord.
Fiscus wacht te lang
Op 17 augustus 2014 gaf de ondernemer zijn nadere motivering. De fiscus wilde toen echter de beslissing op het bezwaar aanhouden in afwachting van getuigenverhoren in het hoger beroep van de strafzaak. Op 21 december 2018 deed het hof uitspraak in die strafzaak. Maar de ontvanger van de belastingen kan de naheffingsaanslagen niet meer innen. De partijen constateren dat de aanslagen inmiddels zijn verjaard. Rechtbank Limburg bevestigt deze constatering in een vonnis. De ondernemer heeft nog wel recht op een proceskostenvergoeding.
Wet: art. 10, eerste lid, onderdelen b en c en 15 IW 1990 en art. 4:104 Awb
Geef een reactie