De Nederlandse bedrijfsopvolgingsregeling (BOR) is een middenmoter als het gaat om belastingheffing bij overdracht van een (familie)bedrijf. Dit blijkt uit onderzoek van KPMG naar de fiscale gevolgen van de overdracht van een familiebedrijf in ruim zestig landen.
Uit het onderzoek blijkt dat er soms grote verschillen in belastingheffing bestaan tussen buurlanden. Nederland neemt in Europa een middenpositie in, zowel als het gaat om overdracht bij nalatenschap als bij pensionering. Hoewel er eerder vaak kritiek werd geuit op de (te) gunstige uitwerking van de BOR, blijkt dit in vergelijking met andere landen mee te vallen. Zo heffen Duitsland en het Verenigd Koninkrijk geen belasting bij overdracht van familiebedrijven. En onze zuiderburen bieden de mogelijkheid van een belastingvrije overdracht bij pensionering.
‘Dergelijke grote verschillen creëren een ongelijk speelveld voor familiebedrijven in Europa,' stelt Maarten Merkus, fiscalist bij KPMG Meijburg & Co. 'Landen met een goede opvolgingsregeling stellen familiebedrijven veel beter in staat om door de generaties heen te blijven groeien. Aangezien familiebedrijven in alle landen de motor zijn van de economie, moeten overheden zich realiseren dat een ongunstig fiscaal regime voor de overdracht van familiebedrijven uiteindelijk ten koste zal gaan van hun economische groei.’
Meer informatie: Global family business tax monitor, KPMG, 14 mei 2018
Geef een reactie