Mr. Carola van Vilsteren stelt in de Tax Talks live uitzending van 23 mei 2023 dat de Belastingdienst en de Hoge Raad het begrip nieuwbouw te eng uitleggen.
Als een bestaand gebouw een zeer grote wijziging ondergaat, kan fiscaal sprake zijn van nieuwbouw. Dat betekent dat de levering van deze als nieuw kwalificerende onroerende zaak is belast met omzetbelasting. Onder voorwaarden geldt dan een vrijstelling van overdrachtsbelasting. Van Vilsteren legt uit dat men de aanwezigheid van ‘in wezen nieuwbouw’ aanvankelijk toetste aan de volgende vragen:
- Heeft een functiewijziging plaatsgevonden?
- Wat is waarde van de verbouwing?
- Vindt de gemiddelde voorbijganger dat het gebouw in wezen een ander gebouw is geworden?
Wisselend belang van criteria
Het belang van deze criteria is in de loop der tijd gewisseld. Soms is een functiewijziging al voldoende geweest om nieuwbouw te constateren. Maar in 2022 heeft de Hoge Raad geoordeeld dat pas sprake is van nieuwbouw als de bouwkundige constructie voldoende is gewijzigd. Zie ook NTFR 2022/3633, NTFR 2022/3669, ‘Alleen wijziging in bouwkundige constructie maakt nieuwbouw’ en ‘Ingrijpende verbouwing leidt tot nieuw vervaardigd og’. Zo’n wijziging doet zich veel minder vaak voor dan een functiewijziging. Maar een uitspraak van het Hof van Justitie van de EU (NTFR 2023/518) lijkt volgens Van Vilsteren erop te wijzen dat de Hoge Raad te streng is geweest met deze uitleg. Vervolgens verwijst van Vilsteren naar gepubliceerde Kennisgroepstandpunten uit 2019 en 2020. Volgens deze standpunten moet men kijken naar de vier genoemde criteria. Maar men dient ook te kijken naar de stand van de rechtspraak!
Het feitencomplex staat centraal
Van Vilsteren constateert dat het heel belangrijk is om naar de feiten te kijken. Momenteel lijkt de bouwkundige staat van het desbetreffende pand cruciaal te zijn. Belastingadviseurs zullen dus bouwkundige kennis moeten hebben of een bouwkundige moeten inschakelen. Ook is het nodig het desbetreffende pand te bekijken om inzicht in het feitencomplex te krijgen. Daarnaast zal de belastingadviseur berekeningen moeten maken om te bepalen wat voordelig voor de klant is. Zo’n onderbouwing is van belang voor ‘grijze’ situaties; als de situatie heel helder is, valt er niets te sturen.
Wet: art. 15, eerste lid, onderdeel a WBRV en art. 11, eerste lid, onderdeel a sub 1° Wet OB 1968
Méér weten?
Tax Talks is hét online learning platform voor fiscalisten. Wekelijks (30x per jaar) wordt een webinar of e-learning beschikbaar gesteld die u via het online platform kunt bekijken. Na het afronden van de bijbehorende kennistoets ontvangt u een certificaat en PE-punten. Bent u nog geen abonnee? > Neem dan nu een kennismakingsabonnement voor slechts € 95.
Geef een reactie