Volgens de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs zal het invoeren van constitutionele toetsing bijdragen aan een betere rechtsbescherming en tot verbetering van de kwaliteit van wetgeving, ook op fiscaal vlak. De NOB heeft een onderzoek laten uitvoeren naar de wenselijkheid van een dergelijke toetsing.
In Nederland is constitutionele toetsing nu niet mogelijk door het toetsingsverbod. Gegeven de huidige context, waarin de Nederlandse rechter inclusief de Hoge Raad terughoudend (volgens sommigen ‘te terughoudend’) toetst aan verdragen, is de NOB van mening dat het toestaan van constitutionele toetsing zal leiden tot meer rechtsbescherming.
Het enige echte bezwaar hiertegen is dat de niet democratisch gekozen rechter meer macht verkrijgt ten opzichte van de wel gekozen wetgever. Dat bezwaar weegt naar de mening van de NOB echter niet op tegen de voordelen.
Uit het rechtsvergelijkend onderzoek naar constitutionele toetsing in Duitsland, België, Frankrijk, Noorwegen, Spanje en Italië blijkt dat al deze landen op uiteenlopende wijzen, constitutionele toetsing kennen. Tevens blijkt uit het onderzoek dat de bevolking van de in de studie betrokken landen veelal een positieve indruk heeft van constitutionele toetsing en dat burgers zich over het algemeen beschermd voelen door de constitutionele rechter.
Constitutioneel Hof
Volgens de NOB kan constitutionele toetsing in Nederland het beste worden vormgegeven door een Constitutioneel Hof in te stellen. Nederland loopt daarmee in de pas met de meeste Europese landen. Geen Constitutioneel Hof instellen, maar de toetsing laten verrichten door de huidige rechtspraak vindt de NOB niet wenselijk. Uit het onderzoek blijkt dat een apart Constitutioneel Hof zich kritischer opstelt bij Grondwetstoetsing dan wanneer de toetsing wordt ondergebracht bij de reguliere rechtspraak.
Bron: NOB, 23 mei 2023
Geef een reactie