Wordt een deel van een kantoorpand bewoond door antikrakers, dan moet over de rest van het pand gebruikersbelasting worden betaald. Dit besliste de Hoge Raad.
Gemeenten heffen onroerendezaakbelasting in de vorm van een gebruikersbelasting en een eigenarenbelasting. Voor panden die als woning worden gebruikt, geldt een woondoeleindenvrijstelling voor de gebruikersbelasting. De gebruikersbelasting wordt dus vooral geheven bij kantoorpanden. Wordt zo’n pand niet gebruikt omdat het leegstaat, dan geldt alleen heffing van eigenarenbelasting. Maar wat gebeurt er als gedeelten van een kantoor door antikrakers worden bewoond? De Hoge Raad besliste dat in zo’n geval het bemiddelingskantoor dat de antikrakers regelt, wordt gezien als gebruiker van het hele kantoorpand. De bemiddelaar moet dan gebruikersbelasting betalen. Hij kan echter wel een beroep doen op de woondoeleindenvrijstelling voor de gedeelten waarin de antikrakers zitten.
Wet: artikel 220 Gemeentewet
Meer informatie: Hoge Raad, 25 november 2011, LJN: BU5656
Geef een reactie