Als een dga geld opneemt van zijn B.V. zonder dat hij dit kan terugbetalen, mag de Belastingdienst de opname aanmerken als een verkapte dividenduitkering. Volgens Rechtbank Gelderland maakt het daarbij niet uit of de dga een zelfde of hoger bedrag heeft gestort in zijn andere B.V.
In deze zaak had een dga in 2009 in totaal € 837.389 opgenomen van zijn rekening-courant bij één van zijn B.V.’s. Hoewel de dga stelde dat hij dit bedrag zou terugbetalen, geloofde de rechtbank hem niet. Zijn rekening-courant schuld bleek namelijk in de volgende jaren te stijgen en begon pas in 2012 een beetje te dalen. En zelfs eind 2013 was de schuld hoger dan eind 2009. Daarnaast had de dga onvoldoende box 3-vermogen om de bijgeschreven rente te betalen. Ook had hij in zijn fiscaal overzicht 2009 een ontnemingsvordering van € 22 miljoen opgenomen. De rechtbank meende daarom dat het opgenomen bedrag het vermogen van de B.V. definitief had verlaten. De dga stelde dat het bedrag van de opname nog moest worden verminderd met zijn storting van ruim € 1 miljoen op de rekening-courant van een andere B.V. De man had de feitelijke beschikkingsmacht over de aandelen in die andere B.V. Maar de storting in de ene B.V. maakt de onttrekking van gelden uit een andere B.V. niet onmogelijk, aldus de rechtbank.
Fiscale kwalificatie opname
Vervolgens was de vraag hoe men de opname moest kwalificeren. De Belastingdienst nam als primair standpunt in dat sprake was van loon, omdat de B.V. niet op andere wijze salaris had uitbetaald. Maar de rechtbank oordeelde dat geen verband bestond tussen de opnamen en de werkzaamheden die de dga had verricht voor de B.V. Daarom was geen sprake van verkapt loon, maar van een verkapte dividenduitkering.
Wet: artikel 4.12, onderdeel a Wet IB 2001
Meer informatie: Rechtbank Gelderland 19 april 2017 (gepubliceerd 24 april 2017), ECLI:NL:RBGEL:2017:2185
Geef een reactie