Er komt een overgangsmaatregel waarmee belastingplichtigen, met name in het mkb, de gelegenheid krijgen om binnen een tijdelijke overgangsperiode bepaalde gevolgen van de spoedreparatiemaatregelen te voorkomen.
Staatssecretaris Snel liet dit weten in een brief aan de Tweede Kamer van 20 april 2018. Snel is zich ervan bewust dat met de gekozen spoedreparatiemaatregelen in beginsel elke bestaande fiscale eenheid na zal moeten gaan of de spoedreparatiemaatregelen gevolgen hebben. Hij erkent de hardheid van dat standpunt en ziet mogelijkheden voor een tegemoetkoming. Daarom wordt een overgangsmaatregel voorgesteld waarmee belastingplichtigen, met name in het mkb, de gelegenheid krijgen om binnen een tijdelijke overgangsperiode bepaalde gevolgen van de spoedreparatiemaatregelen te voorkomen. Met deze overgangsbepaling beoogt het kabinet dat de spoedreparatiemaatregel ten aanzien van de renteaftrekbeperking ter voorkoming van winstdrainage (artikel 10a Wet VPB 1969) tot en met 31 december 2018 met betrekking tot renten – kosten en valutaresultaten daaronder begrepen – onder voorwaarden geen toepassing vindt.
Voorwaarden
Belangrijkste voorwaarde is dat het moet gaan om een op 25 oktober 2017, 11.00 uur, bestaande schuld die rechtens dan wel in feite direct of indirect verschuldigd is aan een verbonden lichaam of verbonden natuurlijk persoon. Daarnaast dient die schuld rechtens dan wel in feite direct of indirect verband te houden met één van de in artikel 10a, eerste lid, Wet Vpb 1969 bedoelde rechtshandelingen, die vóór 25 oktober 2017, 11.00 uur, is verricht. Ten slotte mag het bedrag van die renten op al die schulden tezamen zonder toepassing van artikel 10a, derde lid, Wet VPB 1969 per twaalf maanden € 100.000 niet te boven gaan.
Met deze maatregel krijgen belastingplichtigen, met name in het mkb, de gelegenheid om te zorgen dat de groepsschuld binnen deze overgangsperiode verdwijnt en om de gevolgen van de spoedreparatiemaatregelen daarmee te voorkomen. Indien de in deze overgangsmaatregel bedoelde renten op al die schulden tezamen het totaal van € 100.000 (per twaalf maanden) overschrijden, vindt de toepassing van de renteaftrekbeperking ter voorkoming van winstdrainage (artikel 10a Wet VPB1969) als ware er geen fiscale eenheid in de zin van artikel 15 Wet Vpb 1969 op alle renten volledig toepassing. Dus ook voor de eerste € 100.000 aan renten.
In de overgangsmaatregel wordt overigens wel bepaald dat deze overgangsmaatregel geen toepassing vindt indien de inspecteur aannemelijk maakt dat aan de schuld of aan de daarmee verband houdende rechtshandeling niet in overwegende mate zakelijke overwegingen ten grondslag liggen. Hiermee wordt beoogd ongewenste toepassing van deze overgangsregeling tegen te gaan.
Toekomstbestendige concernregeling
De spoedreparatiemaatregelen moeten binnen afzienbare termijn worden opgevolgd door een concernregeling die toekomstbestendig is. Over de vormgeving en het moment van invoering van die definitieve oplossing zal in overleg worden getreden met het bedrijfsleven, belangengroeperingen en de wetenschap. Op die manier wil het kabinet met (direct) betrokkenen alternatieven onderzoeken.
Meer weten?
Maandag 25 juni verzorgt mr. Michel Ruijschop de PE-Pitstop Speodmaatregelen fiscale eenheid VPB. > Meer informatie en aanmelden.
Meer informatie: Antwoorden op vragen over de fiscale eenheid in de vennootschapsbelasting, 20 april 2018
Geef een reactie