Voor een handelsonderneming zijn onder meer het kunnen voortzetten van de handelsnaam en het cliëntenbestand erg belangrijk. Als een handelsonderneming dit overneemt van een andere onderneming, is al snel sprake van de overname van een onderneming. Zo’n overname kwalificeert als een overdracht van een algemeenheid van goederen die is vrijgesteld van btw. Dit blijkt uit een uitspraak van Hof Den Bosch.
Hof Den Bosch had van de Hoge Raad de opdracht gekregen te onderzoeken of een leverancier van caravans de onderneming van een andere caravanhandelaar had overgenomen. Meer specifiek ging het om de vraag of met het geheel van de overgenomen onderdelen het voortzetten van een autonome economische activiteit mogelijk was. Zie ook: ‘Voortduren ondernemingsactiviteiten impliceert geen overname’. Het hof oordeelde dat in deze situatie inderdaad een handel in gebruikte caravans was overgenomen.
Voortzetting handelsbedrijf
Het hof redeneerde dat voor de exploitatie van zo’n handelsbedrijf vooral de volgende rechten en zaken van belang zijn:
- het kunnen voortzetten van de handelsnaam;
- het cliëntenbestand, waardoor de cliënten adequaat zijn te benaderen en de cliëntenportefeuille behouden blijft;
- de telefoon- en internetgegevens, om onder meer het cliëntencontact te onderhouden; en
- de administratieve stukken voor het contacteren van de leveranciers en het verzorgen van de handelsvoorraad.
Deze zaken en rechten waren ook overgenomen. Bovendien werden de zaken die waren overgenomen in samenhang gebruikt in de onderneming van de caravanleverancier. De overeenkomst met de andere handelaar was erop gericht de daarin genoemde zaken over te dragen als een geheel met behoud van de samenhang. Het hof oordeelde daarom dat in deze zaak inderdaad sprake was van de overdracht van een algemeenheid van goederen, en geen sprake van een btw-belaste levering.
Meer informatie: Hof Den Bosch, 3 december 2015 (gepubliceerd 16 december 2015), ECLI:NL:GHSHE:2015:5025
Geef een reactie