In het Belastingplan 2017 wordt voorgesteld de zogeheten overnamerenteaftrekbeperking aan te scherpen. De huidige regeling is bedoeld om overnameholdingconstructies te bestrijden. Om te weten welk bedrag de fiscale eenheid uiteindelijk niet mag aftrekken, zal men wat rekenwerk moeten verrichten.
Overnameholdingconstructies
Een voorbeeld van een overnameholdingconstructie is de situatie waarin een buitenlandse groep een Nederlandse bv overneemt om deze vervolgens te verkopen aan een holding, die de groep speciaal voor deze overname heeft opgericht. De overnameholding blijft de koopsom schuldig. In de volgende stap gaan de overnameholding en de overgenomen bv een fiscale eenheid voor de vennootschapsbelasting aan. Binnen de fiscale eenheid is zonder nadere maatregel de rente die de overnameholding moet betalen over de schuld voor de financiering van de overname te verrekenen met de winst van de overgenomen bv. Daarmee kan de winst van die bv voor een groot deel uit de Nederlandse heffingsgrondslag verdwijnen.
Verrekenbaar met eigen winst
Om de overnameholdingconstructie te bestrijden, bepaalt de wet dat de rente over overnameschulden binnen bepaalde grenzen is beperkt. Onder overnameschulden verstaat de wetgever alle schulden die rechtens of in feite (in)direct verband houden met de overname of uitbreiding van een belang in een of meer andere maatschappijen. In beginsel is de overnamerente binnen een fiscale eenheid niet verrekenbaar met de winst van de fiscale eenheid voor zover toerekenbaar aan de overgenomen maatschappij. De aftrekbeperking heeft dan ook alleen effect als zonder fiscale eenheid de overnameholding na aftrek van de rente over de overnameschulden verlies maakt. In beginsel laat men bij het berekenen van de overnamerenteaftrekbeperking winsten buiten beschouwing als deze vallen onder de objectvrijstelling voor buitenlandse ondernemingswinsten. Het heeft overigens geen zin om een overgenomen maatschappij te liquideren om de overnamerenteaftrekbeperking te ontlopen. Men moet deze liquidatie namelijk negeren bij het berekenen van de overnamerenteaftrekbeperking.
Grenzen aan aftrekbeperking
Het bedrag aan niet-aftrekbare overnamerente kent in beginsel een maximum. Dit maximum bedraagt hoogstens het laagste van de volgende twee bedragen:
- het bedrag aan niet-aftrekbare overnamerenten, berekend zoals hierboven omschreven, waarop men vervolgens een vermindering van € 1.000.000 toepast;
- het bedrag aan bovenmatige overnamerenten.
Bovenmatige overnamerente
Men moet het bedrag aan bovenmatige overnamerenten stellen op het gezamenlijke bedrag aan renten die zijn verschuldigd over het bovenmatige deel van de overnameschulden. Het gaat hier niet alleen om schulden die zijn aangegaan om in het desbetreffende jaar een gevoegde maatschappij over te nemen, maar ook om schulden voor zulke overnames in voorgaande jaren.
Bovenmatige overnameschuld
Een fiscale eenheid heeft bovenmatige overnameschulden voor zover het gezamenlijke bedrag van de overnameschulden bij het einde van het jaar meer bedraagt dan een bepaald percentage van de verkrijgingsprijs van die belangen. Dit percentage van de verkrijgingsprijs bedraagt in het jaar van voeging 60% voor het desbetreffende belang en neemt de daaropvolgende jaren steeds af met 5%-punt per jaar. Het percentage bedraagt minstens 25%. Men mag deze berekening niet beïnvloeden met tijdelijke mutaties van die schulden rond het einde van het jaar; deze moet men negeren. Het effect van deze berekening is dat overnameholdings fiscaal worden gestimuleerd om na een termijn van zeven jaar 75% van een overnameschuld te hebben afgelost. Maar deze termijn is effectief te verlengen met een zogeheten ‘debt push down’. In het Belastingplan 2017 probeert de wetgever deze constructie aan te pakken. Zie: ‘Renteaftrek Vpb verder aan banden gelegd’ en: ‘Voorgestelde ‘debt push down’-maatregel simpel te omzeilen‘.
Doorschuiving niet-aftrekbare overnamerente
Het bedrag aan niet-aftrekbare overnamerente mag men doorschuiven naar het volgende jaar. Dan wordt opnieuw berekend welk deel niet-aftrekbaar is. Maar in dat geval is de aftrekbeperking niet gebonden aan het eerder besproken maximum.
Geen cumulatie met bovenmatige deelnemingsrente
De overnamerenteaftrekbeperking blijft buiten toepassing voor zover de desbetreffende rentebedragen al vallen onder de aftrekbeperking voor bovenmatige deelnemingsrenten.
Geef een reactie