De handhaving van de UBO-registratie zal risicogebaseerd zijn en zich richten op juridische entiteiten met hoge witwasrisico’s. Minister Kaag beantwoordt Kamervragen over de UBO-registratie.
Er ligt een forse werkvoorraad van circa 250.000 opgaven voor de UBO-registratie. Dit zijn inschrijvingen die al wel zijn gedaan maar nog moeten worden verwerkt door de Kamer van Koophandel. Er was rekening gehouden met een piek in opgaven, maar deze is hoger dan verwacht. Met deze werkvoorraad erbij is de verwachting dat circa 40% tot 45% van alle entiteiten die opgave moeten doen, uiterlijk 27 maart a.s. hun UBO-informatie hebben opgegeven.
Handhaving
Daar zal uiteraard rekening mee worden gehouden in de handhaving. Als de juridische entiteit tijdig de UBO-gegevens heeft opgegeven, zal geen handhaving plaatsvinden vanwege het niet voldoen aan de registratieplicht. Dit geldt ook als de verwerking door de Kamer van Koophandel nog niet is afgerond en de gegevens nog niet zichtbaar zijn in het register. Minister Kaag zal de Kamer op korte termijn nader informeren over de voorgenomen handhaving en communicatie richting registratieplichtige juridische entiteiten na 27 maart a.s.
Entiteiten met hoge witwasrisico’s
Daarnaast zal de handhaving risicogebaseerd zijn en zich richten op juridische entiteiten met hogere witwasrisico’s. Daarbij geldt zoals hierboven aangegeven dat partijen die opgave hebben gedaan, maar waarbij deze nog niet is verwerkt, niet worden betrokken in de handhaving. Ook ontvangt iedere entiteit waar handhaving voorgenomen is, eerst nog een laatste waarschuwing vanuit Bureau Economische Handhaving. De entiteit wordt dus dan nog eenmaal in de gelegenheid gesteld om opgave te doen.
Hoe om te gaan met het UBO-register
Het Bureau Financieel Toezicht heeft in een nieuwsbericht aangegeven hoe moet worden omgegaan met het UBO-register en het aangaan van nieuwe zakelijke relaties door Wwft-instellingen, cliëntenonderzoek en terugmeldplicht. Wwft-instellingen moeten bij het aangaan van een nieuwe zakelijke relatie beschikken over een bewijs van registratie van de UBO van de klant in het UBO-register. Aangezien nog niet alle registraties zijn verwerkt, kan voorlopig (in ieder geval tot 1 juli 2022) worden volstaan met de vaststelling dat registratie door de cliënt heeft plaatsgevonden, maar nog niet is verwerkt. Dit kan bijvoorbeeld aan de hand van een bevestigingsmail van de Kamer van Koophandel. De klant dient daarbij wel toe te lichten welke UBO-gegevens en onderliggende documentatie bij registratie zijn opgegeven.
Verder hoeft de relatie met bestaande zakelijke relaties waarvan nog geen UBO’s zijn ingeschreven in het UBO-register niet te worden verbroken. Wel blijven Wwft-instellingen zelf verantwoordelijk voor het uitvoeren van klantenonderzoek. Ook zijn Wwft-instellingen verplicht een terugmelding te doen bij de KvK als er sprake is van een verschil tussen het UBO-register en andere informatie waar de Wwft-instelling over beschikt. Een organisatie waarvan nog geen UBO’s geregistreerd zijn, hoeft niet teruggemeld te worden bij de Kamer van Koophandel.
Bron: Antwoorden op Kamervragen over UBO-register, Ministerie van Financien, 25 maart 2022
Verdiepingscursus Implementatie UBO-register
Hoe kun je de privacy van vermogende personen op juridisch en fiscaal verantwoorde wijze beschermen? U hoort het van drie specialisten in deze verdiepingscursus.
Geef een reactie