De Nederlandse Orde van Belastingadviseurs heeft een reactie gegeven op de internetconsultatie Implementatiebesluit registratie uiteindelijk belanghebbenden van vennootschappen en andere juridische entiteiten.
De Nederlandse Orde van Belastingadviseurs (NOB) constateert dat de situatie onduidelijk is bij een uiteindelijk belanghebbende (UBO) zonder economisch belang en de vermelding in het Handelsregister. In het conceptbesluit staat hoe de ‘aard en omvang van het economisch belang’ van een UBO wordt geduid in het Handelsregister. Echter, als er geen UBO is met een economisch belang, is niet duidelijk of en hoe dat wordt aangegeven in het Handelsregister. De NOB spreekt zijn voorkeur uit om bij een UBO ook te vermelden of iemand UBO is door zeggenschap of bij ontbreken van een daadwerkelijke UBO wanneer iemand van het statutair bestuur als (pseudo-) is geregistreerd.
Verder vindt de NOB dat de Nederlandse regelgever de afscherming van persoonsgegevens voor een UBO vanwege onevenredig risico, risico op fraude, ontvoering, chantage en dergelijke te beperkt uitlegt. Volgens de NOB biedt de Antiwitwasrichtlijn meer ruimte voor afscherming dan het Nederlandse conceptbesluit. Volgens het conceptbesluit zal de Kamer van Koophandel (KvK) geen inhoudelijke afweging maken bij het verzoek om afscherming van de gegevens van de UBO, maar puur een feitelijke controle verrichten. De KvK zal bij een verzoek voor afscherming nagaan of de betrokkene op lijsten staan van de hoofdofficieren van justitie of van overheidswege beveiliging krijgen. De NOB acht het niet ondenkbaar dat de openbare UBO-gegevens de UBO blootstellen aan een reëel of onevenredig risico op fraude, ontvoering etc, zonder dat in die situatie sprake is van politiebescherming. In tegenstelling tot de Richtlijn voorziet het conceptbesluit in zulke situaties niet in een mogelijkheid tot afscherming. De NOB wijst daarbij ook nog op de ANBI-regeling. Die regeling kent namelijk wel een uitzondering van de publicatieplicht voor namen van bestuurders als publicatie een reëel gevaar oplevert voor de persoonlijke veiligheid van die bestuurders of hun familieleden.
Tot slot stelt de NOB voor het afschermingsbeleid ten aan zien van minderjarigen zo in te richten dat inschrijving van een minderjarige tevens inhoudt een verzoek tot afscherming. Een apart verzoek is niet nodig, want de minderjarigheid blijkt al uit de geboortedatum van de UBO.
Geef een reactie