De renseigneringsverplichting betreft generieke regelgeving voor álle werkgevers. Staatssecretaris Van Rij wil zorgaanbieders niet uitzonderen van deze verplichting. Wat betreft de handhaving kan de Belastingdienst maatwerk bieden. Dit schrijft Van Rij als antwoord op Kamervragen over de renseigneringsverplichting (opgaaf betalingen aan derden).
De gegevens over een bepaald kalenderjaar moeten uiterlijk op 31 januari van het daaropvolgende kalenderjaar worden aangeleverd. Zoals in de nota van toelichting bij de publicatie van het besluit met de verplichting in het Staatsblad (7 juli 2021) is vermeld moest de nieuwe renseigneringsstroom feitelijk voor het eerst per 1 januari 2023 gaan plaatsvinden. Dit moest zowel de Belastingdienst als de betreffende administratieplichtigen voldoende tijd geven om het nieuwe proces tijdig en toereikend in te richten. Om zowel administratieplichtigen als de inspecteur in staat te stellen zich zorgvuldig en tijdig voor te bereiden op de nieuwe verplichte gegevensstroom is in de artikelsgewijze toelichting op het besluit vermeld dat de inspecteur voor het jaar 2022 geen gebruik zal maken van de mogelijkheid voor het reeds in de loop van het belastingjaar laten aanleveren van gegevens. Voor de renseignering over het jaar 2022 had de aanlevering van de gegevens in alle gevallen verplicht in januari 2023 moeten plaatsvinden.
Handhaving Belastingdienst
Wat betreft het handhaven op de renseigneringsverplichting zal de Belastingdienst maatwerk bieden. Wanneer organisaties derhalve meer tijd nodig hebben voor de nieuwe manier van aanleveren kunnen zij de Belastingdienst om uitstel vragen voor het aanleveren van die opgaven.
Geen uitzonderingen
De renseigneringsverplichting betreft generieke regelgeving voor álle werkgevers. Van Rij wil zorgaanbieders niet uitzonderen van deze verplichting. Wel is het mogelijk dat de zorgaanbieder die problemen ervaart (of heeft ondervonden) om de UBD-opgaven tijdig (vóór 1 februari 2023) in te zenden in overleg kan met de Belastingdienst om maatwerkafspraken te maken voor het aanleveren van die opgaven. Van Rij licht toe waarom hij geen uitzondering wil maken Ten eerste is er sprake van een algemeen geldende regeling en is er voor een uitzondering voor de zorg (of andere sector) geen goede rechtvaardigingsgrond. Ten tweede wil de staatssecretaris vanwege het belang van de belastingheffing geen categorale uitzondering maken voor zorgaanbieders. De gegevens over uitbetalingen aan derden gebruikt de Belastingdienst met name voor het voorinvullen van het resultaat uit overige werkzaamheden in de aangiften inkomstenbelasting, en als contra-informatie bij de controle van deze aangiften. De belastingplichtigen die een belastbaar resultaat uit overige werkzaamheden moeten aangeven, worden door de voorinvulling geholpen bij het doen van een juiste en volledige aangifte. Het tijdelijk uitzonderen van een belangrijke groep die gegevens over veel betalingen aan derden moeten verstrekken zou afbreuk doen aan de beoogde ondersteuning van belastingplichtigen en aan de bedoeling van de regeling.
Geef een reactie