De aard en omvang van te verwachten werkzaamheden kunnen volgens het hof zodanig zijn dat ze buiten normaal actief vermogensbeheer vallen. Bij verkoop van het pand voor aanvang van de verbouwing behoort de verkoopwinst dan tot het resultaat uit de werkzaamheid.
Dit was ook het geval bij een man die in 2006 met medefinanciers een pand aankocht als kantoorgebouw. Met de bedoeling deze te gaan verhuren als hotel, inventariseerden zij een verbouwing en werden bijvoorbeeld offertes bij architectenbureaus aangevraagd. Nog voordat de daadwerkelijke verbouwing was gestart kregen zij een mooi bod op het pand van een hotelexploitant. Dit had tot gevolg dat zij twee maanden na aankoop het pand weer verkochten, met een verkoopwinst van ruim zes miljoen. De inspecteur stelde zich op het standpunt dat (het aan hem toerekenbare deel van) het resultaat belast was bij de man als inkomsten als overige werkzaamheden in 2006. De rechter stelde de inspecteur in zijn gelijk. Uit de handelingen die waren verricht rond de aan- en verkoop van het pand bleek de bedoeling dat het pand als hotel zou worden verhuurd en dat daartoe een ingrijpende verbouwing noodzakelijk was. De aard en omvang van de te verwachten werkzaamheden in het kader van de verbouwing waren volgens Hof Amsterdam zodanig, dat deze buiten een normaal actief beheer van vermogen vielen. Dat nog geen aanvang met de verbouwing was gemaakt deed daar niet aan af.
Meer informatie: Gerechtshof Amsterdam, 12 september 2013 (gepubliceerd op 12 november 2013), ECLI:NL:GHAMS:2013:2952
Geef een reactie