Van de regeling inzake de revisierente kan niet worden gezegd dat deze elke redelijke grond ontbeert. Dit geldt ook in gevallen waarin de belastingplichtige geen gebruik kan maken van de tegenbewijsregeling. Van strijdigheid met artikel 1 van het Eerste Protocol bij de EVRM is dan ook geen sprake. Zo oordeelde Hof Den Haag.
Een man deed in 2015 aangifte IB/PVV voor het jaar 2014 naar een belastbaar inkomen uit werk en wonen van € 34.286. Tot het aangegeven belastbare inkomen behoorde een bedrag aan negatieve uitgaven voor inkomensvoorzieningen wegens afkoop van een lijfrente. Bij het vaststellen van de aanslag was € 5.964 aan revisierente in rekening gebracht. De man stelde dat de revisierente onbillijk en onrechtvaardig was. Hij had vanwege de economische crisis en zijn persoonlijke omstandigheden een ongebruikelijk laag inkomen genoten en werd geconfronteerd met hoge uitgaven voor ziektekosten en levensonderhoud van zijn ernstig zieke vriendin. Het hof oordeelde dat de regeling van de revisierente een legitiem doel nastreeft. De regeling is voldoende precies, toegankelijk en voorzienbaar. Er kan niet worden gezegd dat de regeling elke redelijke grond ontbeert. Daarnaast verwierp het hof ook de stelling van de man dat hij werd getroffen door een individuele en buitensporige last. Hij was in het jaar van afkoop de revisierente verschuldigd, maar daartegenover stond het rentevoordeel dat hij jarenlang had genoten doordat hij de lijfrentepremies ten laste van zijn belaste inkomen had kunnen brengen. Zo bezien leed hij in het jaar van afkoop geen nadeel, maar werd in dat jaar het over eerdere jaren door hem genoten rentevoordeel teruggenomen. Bovendien overtrof de door belanghebbende in 2014 genoten afkoopsom de som van de over de negatieve uitgaven voor inkomensvoorzieningen verschuldigde belasting en de in rekening gebrachte heffings- en revisierente ruimschoots.
Wet: artikel 30i van de Algemene wet inzake rijksbelastingen
Meer informatie: Gerechtshof Den Haag, 18 januari 2017 (gepubliceerd op 31 mei 2017), ECLI:NL:GHDHA:2017:1520
Geef een reactie