Wanneer men in het huwelijksbootje stapt, een geregistreerd partnerschap aangaat of gaat samenwonen, heeft dat belangrijke fiscale gevolgen. De samenlevingsvorm bepaalt mede de omvang van de nalatenschap en kan gevolgen hebben voor de vermogensrechtelijke situatie. Vooral samenwoners die samen een woning kopen moeten het een en ander goed regelen.
1. Leg afspraken vast in een samenlevingscontract
Samenwoners die samen een huis willen kopen, doen er goed aan vooraf een samenlevingscontract op te (laten) maken waarin zij vastleggen hoe de kosten worden verdeeld. In een samenlevingscontract kunnen zij specifieke afspraken maken over onder meer de gezamenlijk bewoonde woning, de kosten van de huishouding, de inboedel en de bankrekeningen.
2. Wie betaalt wat?
Vaak betaalt de ene partner de dagelijkse kosten en de andere partner de vaste lasten. Wanneer partners uit elkaar gaan, kan dat betekenen dat de partij die alleen de boodschappen heeft betaald geen recht heeft op een gedeelte van de overwaarde of juist wel als diegene duidelijk heeft meebetaald. Het is dus aan te raden om in het samenlevingscontract ook op te nemen wat er moet gebeuren als de samenwoning eindigt. In het samenlevingscontract kunnen ook afspraken worden gemaakt over een verzorgingsuitkering. Samenwoners hebben immers geen recht op onderhoudsplicht ten opzichte van elkaar.
3. Wat gebeurt er bij verkoop van de woning?
Wanneer het samenwonen met de fiscale partner (voor de inkomstenbelasting) eindigt, dan neemt ieder zijn deel van de eigenwoningreserve mee. De eigenwoningreserve is immers persoonlijk. Dit is in beginsel in dezelfde verhouding als het eigendom van de woning, maar over de mate van gerechtigdheid tot het vervreemdingssaldo kan iets anders zijn/worden afgesproken in een samenlevingscontract. Gaat iemand samenwonen met een intrekkende partner met een eigenwoningreserve, dan heeft dat geen gevolgen voor de partner voor wat betreft de bijleenregeling. Bij verkoop van een eigen woning waarin de partners al samen hebben gewoond, moet bij de aankoop van een volgende gezamenlijke woning rekening worden gehouden met de eigenwoningreserve van beide partners. De eigenwoningreserve vervalt overigens na drie jaar of bij overlijden.
4. Zorg voor een testament
Het is verder in het kader van de estate planning belangrijk om te weten wie eigenaar is van de woning. Voor de eigenaar van de woning vormt de woning immers een onderdeel van de nalatenschap. Samenwoners erven alleen van elkaar wanneer zij dat in hun testament hebben geregeld. Wordt er niets geregeld in een testament, dan erven de wettelijke erfgenamen. Om dit te voorkomen kan afgesproken worden de woning bij overlijden van één van de partners al dan niet tegen vergoeding aan de langstlevende partner te laten toekomen (verblijvingsbeding).
Meer over het samenlevingscontract en de aandachtspunten vindt u in de Toolkit Estate planning 2016. > Meer informatie en bestellen
Geef een reactie