Staatssecretaris Snel van Financiën stuurt de Tweede Kamer antwoorden op vragen over de vermogensrendementsheffing.
Op 9 mei jl. heeft de Bond voor Belastingbetalers een oproep gedaan aan belastingplichtigen om bezwaar te maken tegen de vermogensrendementsheffing in de aanslag inkomstenbelasting 2017. De Belastingdienst verwacht dat veel belastingplichtigen gevolg zullen geven aan deze oproep en bezwaar zullen maken tegen de aanslag inkomstenbelasting 2017. Daarom geeft Snel voor de vermogensrendementsheffing in de definitieve aanslag inkomstenbelasting 2017 een nieuwe aanwijzing massaal bezwaar.
De aanwijzing van een nieuwe massaalbezwaarprocedure heeft tot gevolg dat bezwaarschriften die individueel en tijdig zijn ingediend en zien op de vermogensrendementsheffing over het belastingjaar 2017 vallen onder de massaalbezwaarprocedure, voor zover het bezwaar betrekking heeft op de in het aanwijzingsbesluit geformuleerde rechtsvraag. Deze bezwaren zullen collectief worden afgedaan binnen zes weken nadat de rechtsvraag onherroepelijk door de rechter is beantwoord.
Individuele geschilpunten
Geschilpunten die niet de in de aanwijzing massaal bezwaar geformuleerde rechtsvraag betreffen, worden niet collectief afgedaan. Op deze geschilpunten beslist de inspecteur bij individuele uitspraak. Dit is geregeld in artikel 25f, eerste lid, onderdeel a, AWR.
Met betrekking tot de aanwijzing massaal bezwaar betreffende de vermogensrendementsheffing in de definitieve aanslag inkomstenbelasting 2017 geldt, dat als een belastingplichtige van mening is dat in zijn geval de vermogensrendementsheffing een individuele en excessieve last vormt die in strijd is met de ‘fair balance’, hij dan niet kan deelnemen aan de massaalbezwaarprocedure. Deze belastingplichtige moet dan een individueel bezwaarschrift indienen dat voldoet aan de vereisten van de Algemene wet bestuursrecht.
In totaal zijn in de periode vanaf het tweede kwartaal 2014 tot en met eerste kwartaal 2018 ongeveer 30.000 bezwaarschriften inzake de vermogensrendementsheffing over belastingjaren tot en met 2016 ontvangen. Van dit aantal zijn ongeveer 18.500 bezwaarschriften aangehouden in verband met de lopende massaalbezwaarprocedure. .Er zijn geen bezwaren toegewezen en er zijn 11.500 bezwaren afgewezen.
Hoge Raad
De recente uitspraken van rechtbanken en gerechtshoven zien uitsluitend op bezwaren tegen aanslagen inkomstenbelasting waarin de vermogensrendementsheffing op spaarsaldi is berekend op basis van een forfaitair rendement van vier procent volgens het systeem van de vermogensrendementsheffing, zoals dat tot en met het kalenderjaar 2016 heeft gegolden. De vermogensrendementsheffing is met ingang van 1 januari 2017 aangepast, zodat deze beter aansluit bij de rendementen die door belastingplichtigen met eenzelfde vermogensomvang in voorafgaande jaren gemiddeld zijn behaald. De lopende procedures betreffende de belastingjaren tot en met 2016 kunnen dus niet beslissend zijn voor de bezwaren tegen de aanslagen inkomstenbelasting voor het belastingjaar 2017 (en later). Snel wacht af hoe de Hoge Raad zal oordelen over dit geschil.
Er wordt gewerkt aan een brief waarin het kabinetsstandpunt met betrekking tot een vermogensrendementsheffing op basis van werkelijk rendement uiteen wordt gezet.
Zie ook: Massaal bezwaar vermogensrendementsheffing IB 2017
Meer informatie: Antwoorden op vragen over de vermogensrendementsheffing 13 juli 2018
Geef een reactie