Gedupeerden in de toeslagenaffaire is ongekend onrecht aangedaan. Dat concludeert de parlementaire commissie die de toeslagenaffaire onderzocht. Ouders zijn het slachtoffer geworden van snoeiharde regels en een harde uitvoering. Ook zijn ze jarenlang niet gehoord.
Alle betrokkenen krijgen een stevige veeg uit de pan. Dat het onrecht ongekend was, blijkt volgens de commissie onder meer doordat het lang duurde voordat de omvang en ernst door de politieke en ambtelijke top werden erkend. “Informatievoorziening werd in meerdere gevallen ingegeven door gewenste juridische of politieke uitkomsten.” En dus stuurde de Belastingdienst onvolledige dossiers aan de rechtbank, zodat ouders hun gelijk niet konden halen. Of werden cruciale documenten achtergehouden voor de Tweede Kamer, of in verzoeken van media op basis van de Wet openbaarheid van bestuur (Wob).
Bij de uitvoering van de toeslagen lag zoveel nadruk op een efficiënte uitvoering en op de wens om fraude te voorkomen, dat er niet of nauwelijks naar individuele situaties werd gekeken. Zelfs als ze zonder kwade opzet een administratieve vergissing maakten, constateert de commissie.
Grondleggers fraudeaanpak
Oud-staatssecretarissen Weekers en Wiebes voormalig minister Lodewijk Asscher en premier Rutte worden specifiek genoemd als grondleggers van de fraudeaanpak. Zij sloegen allemaal onvoldoende aan op de signalen die naar boven kwamen. Ook voormalig staatssecretaris Snel, vanaf oktober 2017 staatssecretaris op Financiën, vroeg niet genoeg door na berichten die hij hierover ontving. De commissie oordeelt bovendien snoeihard over de informatievoorziening vanuit het ministerie van Financiën. Kabinet en parlement mogen het zich aanrekenen dat ze spijkerharde wetgeving hebben gemaakt die onvoldoende recht kon doen aan individuele situaties, staat verder in het rapport.
Rechters
Ook de rechterlijke macht ontkomt niet aan een hard oordeel. Er werd vastgehouden aan een “spijkerharde uitvoering van de regels” die niet noodzakelijkerwijs uit de wet volgde. “Daarmee heeft de bestuursrechtspraak zijn belangrijke functie van bescherming van individuele burgers veronachtzaamd”, constateert de commissie.
Het eindrapport is een onderzoek naar de feiten. De commissie trekt zelf geen conclusies en doet ook geen echte aanbevelingen. De Kamer houdt begin volgend jaar een debat over de kwestie. Wanneer dat precies zal zijn, is nog niet bekend, maar het gebeurt in elk geval voor de verkiezingen van maart.
Het kabinet beraadt zich op een gepaste reactie.
Bron: NOS/RTL nieuws/Trouw, 17 december 2020
Geef een reactie