Een ondernemer die de hobby van zijn zoon financiert vanuit de onderneming, moet ervoor zorgen dat de kosten zakelijk zijn. Denk bijvoorbeeld aan een reclameuiting op de raceauto van de zoon. Alleen dan is belastingvoordeel te behalen.
Zakelijke kosten zijn aftrekbaar…
De vraag of uitgaven van een onderneming zakelijk zijn, is onder meer van belang voor de aftrekbaarheid van deze kosten van de winst en de aftrekbaarheid van de betaalde btw over deze kosten. In geval van sponsoring van familieleden kan de scheidslijn tussen een zakelijk en persoonlijk belang dun zijn. De fiscus wil de aftrek in dat geval nog wel eens weigeren. Het argument is dat de uitgaven zijn gedaan om de persoonlijke behoeften van de ondernemer te bevredigen.
…maar let op bij sponsoring binnen familiesfeer
In de rechtspraak komt regelmatig de vraag aan de orde of sponsoring van familieleden zakelijk is. Zo ook in twee zaken die Hof Arnhem en Rechtbank Leeuwarden behandelden. Steeds draaide het om een onderneming van pa die zich bezighield met de in- en verkoop van karts. Zoonlief zat in de autoracesport en de onderneming van de vader sponsorde deze activiteiten. Bijvoorbeeld door reclame op de racewagen. In beide zaken was het de vraag of de gemaakte sponsorkosten zakelijk waren.
Kosten waren deels aftrekbaar van de winst
Het hof vond dat in de behandelde zaak de sponsoring wel enig zakelijk belang had voor de onderneming, maar dat de kosten onredelijk hoog waren. Geen redelijk denkende ondernemer zou zulke hoge kosten hebben gemaakt om naamsbekendheid te krijgen. Het hof stond de aftrek van de sponsorkosten wel toe, maar voor lagere bedragen.
Ook gedeeltelijke btw-aftrek
Hetzelfde gold in de zaak bij de rechtbank, alleen ging het hier om aftrek van btw op de gemaakte reclamekosten. Deze btw was volgens de rechter maar beperkt aftrekbaar. De ondernemer was een liefhebber van de autosport en wilde met zijn zoon het hoogste bereiken. De activiteiten in de autoracerij waren voor de onderneming een spreekwoordelijk visitekaartje. De uitgaven waren daarom voor een deel bedoeld om de persoonlijke behoeften van de ondernemer te bevredigen, en voor een deel toe te rekenen aan zijn onderneming.
Meer informatie: Hof Arnhem, 22 februari 2011, LJN: BP8388
Meer informatie: Rechtbank Leeuwarden, 29 augustus 2011, LJN: BR6946
Geef een reactie