Op basis van de openbare beslisnota’s bij de Kamerbrief van 17 september jl. zijn vragen opgekomen over de beoogde inwerkingtredingsdatum van het toekomstige stelsel per 1 januari 2027. Staatssecretaris Idsinga informeert de Tweede Kamer over de stand van zaken van het toekomstige box 3-stelsel.
Gevolgen aanvullende hersteloperatie
In de Kamerbrief van 15 april jl. is aangegeven dat de overgang naar een systeem van heffing over het werkelijke rendement een grote impact heeft op de uitvoeringsprocessen en de ICT van de Belastingdienst. Daarbij is destijds ook aangegeven dat de aanvullende herstelwerkzaamheden op basis van de laatste arresten van de Hoge Raad gevolgen kunnen hebben voor de benodigde werkzaamheden en inwerkingtreding van het nieuwe stelsel. Ook is in deze brief gemeld dat de herstelwerkzaamheden noodzakelijkerwijs voorrang krijgen en ten koste zullen gaan van ICT-capaciteit voor de modernisering die benodigd is voor de invoering van het nieuwe stelsel. Nu de arresten van de Hoge Raad bekend zijn is het duidelijk dat de nieuwe hersteloperatie de komende periode een groot beslag zal leggen op de capaciteit van de Belastingdienst. De Belastingdienst heeft in de zomer aangegeven dat hierdoor niet voldoende capaciteit beschikbaar is om het toekomstige stelsel in de huidige vorm volledig te implementeren per 1 januari 2027. Daarom heeft de staatssecretaris gevraagd te onderzoeken welke alternatieve invoeringsopties wel haalbaar zijn zodat samen met de Kamer zorgvuldige besluitvorming over de opties kan plaatsvinden. Juridisch houdbare en uitvoerbare wetgeving is hierbij een prioriteit. Uitgangspunt van dit nog lopende onderzoek is dat per 1 januari 2027 een nieuw stelsel in box 3 wordt ingevoerd.
Onderzoek naar alternatieve invoeringsopties
In het onderzoek wordt onder meer gekeken of er manieren zijn om het stelsel gefaseerd in te voeren. Bij het onderzoek is van belang dat de Belastingdienst voor de aanvullende hersteloperatie werkt aan een formulier waarmee belastingplichtigen hun werkelijke rendement kunnen opgeven, het formulier ‘opgaaf werkelijk rendement’ (OWR). Er wordt daarom onder meer bekeken of de (ICT)-investeringen in dit formulier gebruikt kunnen worden bij de implementatie van een stelsel op basis van werkelijk rendement. Bij het onderzoek is aandacht voor de juridische houdbaarheid, de gevolgen voor de burger op bijvoorbeeld het vlak van doenvermogen, de maakbaarheid en inpasbaarheid en andere uitvoeringsaspecten.
Bron: Brief stand van zaken toekomstig stelsel box 3, nr. 2024-0000456067, Ministerie van Financiën, 20 september 2024
Masterclass Box 3 – veilig door het overbruggingsstelsel
Wat moet je doen als adviseur voor je klanten? Wanneer is bezwaar zinvol? Hoe werkelijk rendement te berekenen? Voorkom dat je iets over het hoofd ziet, signaleer de pijnpunten, doorzie de valkuilen en loods je klanten optimaal en veilig door het overbruggingsstelsel heen. Hoe? Volg nu de cursus box 3 in overbruggingstijd.
Geef een reactie