Sommige bestuurders laten B.V.’s verplichtingen aangaan die zij nooit kunnen voldoen. Door de B.V.’s tijdig failliet te laten gaan, hebben crediteuren – waaronder de fiscus – het nakijken. Wie zo’n plofconstructie opzet, riskeert echter gevangenisstraf. Maar dan moet volgens Hof Arnhem-Leeuwarden wel sprake zijn van kwaadwilligheid en zelfverrijking.
Een man was bestuurder en enig aandeelhouder van een holding met twee dochtervennootschappen. Hij oefende daarnaast de feitelijke leiding uit van een van deze dochtervennootschap. Deze B.V leende personeel uit aan haar zustervennootschap. De zustervennootschap betaalde haar rekeningen niet, zodat de uitlener de loonheffingen en btw niet kon betalen. Een melding van betalingsonmacht bleef echter achterwege.
Bewust risico
De Belastingdienst stelt dat hier sprake is van een zogeheten plofconstructie. De man heeft bewust het risico gelopen dat zijn B.V.’s te weinig belasting zouden afdragen. De fiscus besluit om de man strafrechtelijk te laten vervolgen. Voor het hof vordert de advocaat-generaal dat de bestuurder een gevangenisstraf krijgt van twaalf maanden. Het hof oordeelt dat de man schuldig is aan het wanbetalersgedrag van zijn B.V.’s. Maar het hof vindt een strafrechtelijke maatregel hier ongepast. Strafrechtelijke maatregelen zijn volgens het hof bedoeld om kwaadwillende belastingschuldigen aan te pakken die zich ten koste van de gemeenschap verrijken. Het hof ziet geen aanwijzingen de man kwaadwillend is of zichzelf heeft verrijkt. De bedragen die hij aan zijn bedrijf heeft onttrokken, heeft hij gebruikt voor het betalen van zijn werknemers en overige noodzakelijke bedrijfskosten en het aflossen van andere belastingschulden. Bovendien heeft de man een van zijn bedrijven verkocht en de opbrengst gebruikt om een deel van zijn belastingschuld af te lossen. De ontvanger heeft genoeg andere maatregelen om zijn vordering te innen. Hoewel het hof de bestuurder strafbaar verklaart, ontslaat het hem ook van alle rechtsvervolging.
Meer informatie: Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 13 februari 2019, ECLI:NL:GHARL:2019:1244
Geef een reactie