Is het risico dat een werknemer een beroep moet doen op een WIA-uitkering laag? Dan kan het voor de werkgever gunstig zijn om eigenrisicodrager voor de WGA (Werkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten) te worden. Hiervoor is wel toestemming van de Belastingdienst nodig.
Normaal gesproken betaalt de werkgever voor de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA) een vaste basispremie en een gedifferentieerde premie aan het UWV. Hij is deze premies verschuldigd over het loon van werknemers die bij hem in dienst zijn en over de door hem te betalen WGA-uitkeringen. Als een werkgever eigenrisicodrager is voor de WGA hoeft hij echter alleen de basispremie te betalen. In een zaak voor Rechtbank Den Haag ging een bv ervan uit dat zij eigenrisicodrager was voor de WGA, nu de Belastingdienst niet op haar verzoek daartoe had gereageerd. Tijdens een boekenonderzoek kwam de inspecteur erachter dat een aantal premielonen en premiepercentages (waaronder ook die voor de twee zoons van de dga van de bv) onjuist of niet in de loonadministratie waren verwerkt. De inspecteur legde daarom naheffingsaanslagen en verzuimboetes op aan de bv. Volgens de rechtbank had de inspecteur juist gehandeld. De bv kon namelijk aan het uitblijven van een reactie op haar verzoek niet het vertrouwen ontlenen dat zij als eigenrisicodrager werd aangemerkt. Dit bleek volgens de rechtbank vooral uit het feit dat de bv geen enkele keer bezwaar had gemaakt tegen de beschikkingen gedifferentieerde premie WAO en WGA, die zij jaarlijks kreeg van de Belastingdienst. Verder oordeelde de rechter dat de twee zoons in dienstbetrekking waren van de bv en dus verzekeringsplichtig waren. De bv was namelijk niet erin geslaagd aannemelijk te maken dat geen sprake was van een gezagsverhouding.
Wet: artikel 40 Wfsv
Meer informatie: Rechtbank Den Haag, 13 juni 2012 (gepubliceerd 29 juni 2012), LJN: BW9551
Geef een reactie