Het notariaat van Pels Rijcken zal zich moeten verantwoorden voor de tuchtrechter. Het Bureau Financieel Toezicht (BFT, de notariële toezichthouder) heeft het onderzoek naar Pels Rijcken en de fraude door oud-notaris Frank Oranje afgerond, en dient klachten in bij de Kamer voor het Notariaat.
Het BFT deed ruim een jaar onderzoek naar de fraude, die ‘ongekend is in de notariële wereld’, aldus een persbericht. Het gehele onderzoeksrapport wordt niet openbaar gemaakt; meer dan de bevindingen en aanbevelingen in het persbericht deelt het BFT niet.
Nadat er al aanwijzingen waren dat er geen andere (kandidaat-)notarissen – of advocaten – betrokken waren bij de miljoenenfraude, bevestigt het BFT nu dat Frank Oranje alleen handelde. Het deze week afgeronde onderzoek van de toezichthouder heeft ‘geen aanwijzingen opgeleverd dat er sprake was van betrokkenheid door de andere notarissen van Pels Rijcken’, laat staan dat zij ook hebben geprofiteerd van de fraude ter waarde van circa 11 miljoen euro, gepleegd sinds 2003.
Toch zullen er notarissen van Pels Rijcken bij de tuchtrechter moeten verschijnen. Net als eerder Deloitte en Van Doorne – de kantoren die in opdracht van Pels Rijcken zelf de organisatie en de fraude onderzochten – constateert het BFT dat ‘het interne en collegiale toezicht’ tekort schoot bij Pels Rijcken. De eigen kantoorregels werden meermaals genegeerd. Deze tekortkomingen hebben er aan bijgedragen dat de fraude kon plaatsvinden, aldus het BFT. De toezichthouder beschouwt de zoekgeraakte 11 miljoen euro als een tekort op de derdengeldenrekening. Over deze normschendingen moet de notariële tuchtrechter zich buigen, luidt de conclusie.
Aanbevelingen aan Pels Rijcken en het gehele notariaat
Om het ‘maatschappelijk vertrouwen in het notariaat als geheel’ te behouden, doet het BFT meerdere aanbevelingen aan Pels Rijcken en het gehele notariaat. Op stevig aandringen van demissionair minister Grapperhaus van Justitie was Pels Rijcken hier deels al mee aan de slag gegaan. Het BFT dringt aan op aanscherping van processen binnen de financiële administratie, structurele inbedding van compliance en het creëren van een open kantoorcultuur. Voor wat betreft dit laatste; daarvan was volgens dit nieuwe NRC-artikel zeker geen sprake. Ook een interne klachtenregeling en een vertrouwenspersoon acht het BFT noodzakelijk.
De toezichthouder zegt te zullen toezien dat de aanbevelingen worden opgevolgd, en zal desnoods handhaven, ‘zolang het notariaat onderdeel blijft van Pels Rijcken’. Vorige week werd immers bekend dat het kantoor het gehele notariaat gefaseerd afstoot. Ook aan andere notariskantoren raadt het BFT aan om compliance hoog op de agenda te zetten en te streven naar een open kantoorcultuur. Verder adviseert het BFT aan notarissen om hun eigen akten niet te laten passeren bij een directe collega, ‘om de schijn van afhankelijkheid te vermijden’.
Daarnaast trekt het bureau lessen voor zichzelf: het risicogerichte toezicht op de grote notariaten is aan herziening toe en grote kantoren zullen vaker aan controles worden onderworpen, bijvoorbeeld op het gebied van administratieve procedures en controle op compliance-risico’s. Ook wil het BFT onder meer bekijken in hoeverre banken bereid zijn om (fraude-)risico’s met derdengeldenrekeningen te delen met de toezichthouder.
Reactie Pels Rijcken
Pels Rijcken onderstreept in een schriftelijke reactie op de bevindingen van het BFT hoe het kantoor de ontstane tekorten op de derdengeldenrekening heeft aangezuiverd. ‘De rechthebbenden op de onttrokken gelden zullen wij compenseren. Dit proces bevindt zich in de afrondende fase’. Verder zal Pels Rijcken zijn notarissen ‘bijstaan en ondersteunen’ in de tuchtzaak die het BFT start.
Het kantoor van de landsadvocaat zegt verder hoe de noodzakelijk bevonden maatregelen ‘de nodige energie en inspanning van ons zullen vragen.’ Ook al wordt uiterlijk 1juli 2022 afscheid genomen van het gehele notariaat, de aanbevelingen van het BFT worden ‘betrokken in ons verbetertraject, zowel tijdens de periode van afbouw van de notariële dienstverlening als daarna’.
“Met de afronding van dit onderzoek van het BFT werken we toe naar de afsluiting van een periode die pijnlijk en confronterend was,” reageert bestuursvoorzitter Sandra van Heukelom-Verhage. “We beseffen ook dat we aan het begin staan van een nieuwe periode, waarin risk, compliance en een open kantoorcultuur hoog op onze agenda staan en blijvend onze aandacht zullen hebben.”
Dit artikel is eerder verschenen op advocatie.nl
Archieffoto kantoor Pels Rijcken: ANP / Hollandse Hoogte
Online cursus Aansprakelijkheid van de adviseur
De belastingadviseur staat al langer in de schijnwerpers en komt daarnaast steeds vaker in het vizier van toezichthouders. In welke gevallen kan de belastingadviseur aansprakelijk worden gesteld? En hoe kan de belastingadviseur zich hiertegen wapenen? In deze cursus krijgt u antwoord op deze vragen.
Geef een reactie