Het kabinet breidt de economische steun voor flexwerkers die hun baan zijn kwijtgeraakt, maar niet in aanmerking komen voor de bijstand of een WW-uitkering uit. De inkomensdrempel wordt met 100 euro verlaagd naar 400 euro. Aan de andere kant wordt de hoogte van uitkering echter verlaagd.
Het UWV streeft ernaar het aanvraagloket op 22 juni a.s. te openen en gedurende drie weken open te stellen. Ter uitvoering van de motie wordt het drempelbedrag verlaagd tot € 400 bruto. Hiermee kan een grotere groep werkenden, waaronder studenten, de tegemoetkoming aanvragen.
De hoogte van de tegemoetkoming wordt vastgesteld op € 550 bruto per maand, in plaats van € 600 per maand, over de maanden maart, april en mei. Deze hoogte sluit beter aan bij het drempelbedrag van € 400 en zorgt ervoor dat er niet een te grote groep ontstaat die een hogere tegemoetkoming krijgt dan men voorheen zelf verdiende. In lijn met de aangepaste hoogte zal ook het maximuminkomen over april worden vastgesteld op € 550 bruto. Mensen die in april meer verdienden, komen niet in aanmerking voor de TOFA.
Fiscale behandeling
De TOFA-tegemoetkoming is een compensatie voor gederfd loon en heeft de vorm van een eenmalige bruto tegemoetkoming. De tegemoetkoming wordt behandeld als loon, wordt ook als zodanig belast en vormt inkomen voor toeslagen. De tegemoetkoming zal bij wet met terugwerkende kracht worden aangemerkt als loon uit vroegere dienstbetrekking en het UWV zal daarbij worden aangewezen als inhoudingsplichtige, zodat het UWV loonheffing kan inhouden.
Vanwege de korte implementatietermijn is het voor het UWV niet uitvoerbaar om op basis van een uitvraag bij de aanvrager wel of niet algemene heffingskorting toe te passen. Het UWV zal daarom, in afwijking van artikel 23, eerste en tweede lid, van de Wet op de loonbelasting 1964, in beginsel bij alle TOFA-tegemoetkomingen de algemene heffingskorting toepassen. Ook dit zal met terugwerkende kracht bij wet worden geregeld. Het in beginsel toepassen van de algemene heffingskorting kan ertoe leiden dat gerechtigden bij moeten betalen op de aanslag inkomstenbelasting als blijkt dat de algemene heffingskorting bij twee inhoudingsplichtigen is toegepast. De regering zal een voorstel voor de bovenstaande wetsaanpassingen later dit jaar indienen. In de tussentijd anticipeert het UWV op de inwerkingtreding ervan.
Meer informatie: Ministerie SZW, 3 juni 2020, nr. 2020-0000076315
Geef een reactie