Op grond van het overgangsrecht bij de invoering van de Wet IB 2001, moesten periodieke uitkeringen uit een trust worden belast in box 1. Het oude regime van de Wet IB 1964 bleef gelden.
Bij het overlijden van de trustor in 1989 bracht een trustee – volgens de bepalingen in de trustakte – voor een vrouw een gedeelte van het trustvermogen onder in een zelfstandige subtrust. De vrouw had recht op een jaarlijkse uitkering, eindigend bij haar overlijden. In geschil bij de Hoge Raad was of deze uitkeringen ingevolge de Invoeringswet Wet IB 2001 in box 1 moesten worden belast. Onder de Wet Inkomstenbelasting 2001 vallen rechten op periodieke uitkeringen die de tegenwaarde van een prestatie vormen, in beginsel in box 3 (artikel 5.3 Wet IB 2001). Periodieke uitkeringen die niet de tegenwaarde voor een prestatie vormen, zijn in beginsel belast in box 1 (artikel 3.101 lid 1 sub c Wet IB 2001). Dit is echter anders onder de overgangsregeling, waarbij het oude regime bleef gelden en de uitkeringen belast waren in box 1. De vrouw meende echter dat het overgangsrecht niet op haar van toepassing was, omdat geen sprake was van een recht op een periodieke uitkering; de uitkering niet op een ‘overeenkomst’ was gebaseerd en er geen sprake was van ‘premies’. Het feitelijke hofoordeel dat wel sprake was van periodieke uitkeringen was niet onjuist, zo oordeelde de Hoge Raad. Volgens deze hoogste rechter was de werking van de overgangsregeling bovendien niet beperkt tot overeenkomsten naar burgerlijk recht, maar ook in dit geval van toepassing. ‘Premies’ moest worden opgevat als alle prestaties die zijn aan te merken als tegenwaarde voor het recht op de periodieke uitkeringen of verstrekkingen. Daarvan was ook sprake als de tegenwaarde werd gevormd door maar één prestatie. De omstandigheid dat de overgangsbepaling spreekt over premies in het meervoud maakte daarbij geen verschil. Al met al moesten de uitkeringen uit de subtrust aan de vrouw worden belast in box 1, zo oordeelde de Hoge Raad.
Meer informatie: Hoge Raad, 26 september 2014, ECLI:NL:HR:2014:2776
Geef een reactie