Staatssecretaris Van Rij informeert de Kamer op 4 februari over de contouren van de hersteloperatie van de box 3-heffing. In het regeerakkoord staat dat box 3 op 1 januari 2025 wordt aangepast. De staatssecretaris bekijkt de mogelijkheden dit naar voren te halen. Dit schrijft hij in antwoord op Kamervragen.
Het arrest van de Hoge Raad over de vermogensrendementsheffing is geldend recht per 24 december 2021. Naast de aanslagen van burgers die zijn aangesloten bij de massaal bezwaarprocedure over de jaren 2017 en 2018 heeft het arrest ook gevolgen voor alle aanslagen die per 24 december 2021 nog moeten worden opgelegd, voor alle aanslagen waarover al wordt geprocedeerd of zal worden geprocedeerd.
De bezwaren tegen de box 3-heffing over 2019 en 2020 zijn aangewezen als massaal bezwaar, inmiddels circa 80.000 bezwaarschriften. De in de procedures over 2019 en 2020 geformuleerde rechtsvraag is nagenoeg gelijk aan die van de procedures 2017 en 2018. Het aan de Hoge Raad voorleggen van de rechtsvraag over het box 3 stelsel zal daarom voor 2019 en 2020 niet tot een ander oordeel over het box 3-stelsel leiden dan het oordeel gegeven in het arrest van 24 december 2021. De bezwaarschriften tegen de aanslagen over de jaren 2019 en 2020 zullen naar verwachting op dezelfde wijze worden afgedaan als de bezwaarschriften tegen de aanslagen over de jaren 2017 en 2018.
Voorlopige aanslagen 2022
Over het jaar 2021 zijn nog geen definitieve aanslagen opgelegd. Voorlopige aanslagen 2022 die niet in overeenstemming zijn met het arrest van de Hoge Raad worden later bij de vaststelling van de definitieve aanslagen 2022 door de Belastingdienst hersteld. De burger hoeft nu geen actie te ondernemen. Daarnaast wordt momenteel uitgewerkt op welke wijze tot herstel wordt gekomen van de op of na 24 december 2021 opgelegde definitieve aanslagen en navorderingen. Daarvoor hoeven de betrokken burgers nu geen actie te ondernemen. Het herstel van aanslagen is een grote uitdaging voor de Belastingdienst schrijft Van Rij. Voor een uitvoerbare wijze van herstel dient een oplossing te worden gekozen die voor de verschillende belastingjaren zo eenvormig mogelijk is en zoveel mogelijk geautomatiseerd en massaal kan worden uitgevoerd, zodat het uitvoerbaar is voor de Belastingdienst en de betrokken belastingplichtigen. Verschillende opties voor de vormgeving van de hersteloperatie worden momenteel in kaart gebracht. De Hoge Raad heeft geoordeeld dat het sinds 2017 geldende box 3-stelsel in strijd is met het EVRM. Dat betekent dat de Hoge Raad over het jaar 2022 waarschijnlijk eenzelfde oordeel zal vellen over het box 3-stelsel dat dezelfde tekortkomingen bevat als dat van 2017 en 2018. Uitgangspunt is dat definitieve aanslagen 2022 in lijn met het arrest worden opgelegd. De precieze vormgeving wordt op dit moment uitgewerkt.
Wetgeving eerder aanpassen dan 2025
Van Rij is nu niet bereid op redelijk korte termijn over te gaan tot een vorm van compensatie inzake de jaren 2013–2016, waarbij het arrest van de Raad van 24 december 2021 als richtsnoer wordt genomen (tegenbewijs op basis van werkelijk rendement). Hij zal de Kamer op 4 februari nader informeren over de contouren van de hersteloperatie.
De wetgeving is momenteel niet in lijn met het arrest van de Hoge Raad. Het is onwenselijk om deze situatie voort te laten bestaan tot de invoering van de vermogensrendementsheffing over het werkelijke rendement met de beoogde inwerkingtredingsdatum 2025. Onderzocht wordt wat de mogelijkheden zijn om de wetgeving eerder aan te passen.
Heb jij als doelstelling je klanten te voorzien van een meer proactieve advisering?
Het arrest van 24 december 2021: het fictieve rendement moet worden vervangen door het werkelijk rendement. Welke klanten hebben een aanzienlijk bedrag aan (laag renderende) banksaldi in box 3? Advice Intelligence wijst ze aan!
Geef een reactie