Dr. Frank Werger stelt in het onlineprogramma Tax Talks vast dat het voor de fiscus nog niet zo gemakkelijk is om met succes te stellen dat het aanwijzen als eindheffingsloon van een looncomponent ongebruikelijk is.
Onder de werkkostenregeling behoort in principe alles wat de werknemer ontvangt in het kader van zijn dienstbetrekking, tot het loon. Hierop bestaan enkele uitzonderingen zoals intermediaire uitgaven en bepaalde vrijgestelde aanspraken. Daarnaast gelden voor bepaalde verstrekkingen forfaitaire waarderingen of zelfs nihilwaarderingen. Verder zijn er nog vergoedingen, verstrekkingen en terbeschikkingstellingen die de werkgever kan toerekenen aan de vrije ruimte. Als de vrije ruimte is volgemaakt, kan de werkgever in bepaalde gevallen nog kiezen tussen een vergoeding, verstrekking of terbeschikkingstelling te verlonen of als eindheffingsloon aan te wijzen. Deze keus bestaat niet voor zover de aanwijzing van die looncomponent als eindheffingsloon meer dan 30% afwijkt van wat gebruikelijk is. Als een werkgever echter minder dan € 2.400 per werknemer per jaar aanwijst als eindheffingsloon, gaat de fiscus ervan uit dat dat gebruikelijk is, zo verklaart Werger. In andere gevallen ligt de bewijslast dat een verstrekking ongebruikelijk is in eerste instantie bij de inspecteur. Pas als de fiscus de eerste stappen heeft gezet om de ongebruikelijkheid aannemelijk te maken, hoeft de werkgever tegenbewijs te leveren. Bovendien verwijst Werger naar een conclusie van Advocaat-generaal (A-G) Niessen (zie: ‘Kan een werkgever eindheffing toepassen bij aandelenplan?’). De A-G stelt dat de gebruikelijkheidstoets is ingevoerd om extreme situaties tegen te gaan. Men moet de toets dus erg beperkt uitleggen. Als een werkgever vóór de invoer van de werkkostenregeling een gebruteerde heffing toepaste op een bepaalde looncomponent, wijst dit bijvoorbeeld op gebruikelijkheid.
Mogelijke veranderingen in de werkkostenregeling
Werger noemt ten slotte nog enkele wijzigingen die het kabinet wil doorvoeren in de werkkostenregeling naast de al eerder aangekondigde wijzigingen (zie: ‘Verruiming werkkostenregeling’). Het kabinet overweegt om te regelen dat werkgevers geen gerichte vrijstellingen meer hoeven aan te wijzen, maar dat de desbetreffende looncomponenten standaard zijn vrijgesteld. Zo’n wetstechnische wijziging zou volgens Werger makkelijker zijn voor werkgevers zonder dat het de Staat geldkost. Ook wordt de waardering voor producten eigen bedrijf misschien vereenvoudigd. Verder hoopt Werger dat werkgevers meer tijd krijgen om te bepalen of zij hun vrije ruimte al hebben volgemaakt.
Kijk hier naar een compilatie van de uitzending.
Meer weten?
Tax Talks is hét online learning platform voor fiscalisten. Wekelijks (40x per jaar) wordt een webinar of e-learning beschikbaar gesteld die u via het online platform kunt bekijken. Na het afronden van de bijbehorende kennistoets ontvangt u een certificaat en PE-punten. Bent u nog geen abonnee?
> Neem dan nu een kennismakingsabonnement voor slechts € 95!
Wet: art. 10, 31, eerste lid, onderdeel f en 31a Wet LB 1964
Meer informatie: Tax Talks 26 juni 2019
Geef een reactie